HEEMKUNDEKRING
OP DE BEEK
PRINSENBEEK

Beeldbank Bibliotheek

   
 

Heemkundekring 'Op de Beek' Beeldbank Bibliotheek Zoekresultaat

Aantal gevonden publicaties : 6   (uit: 668)


Uitgebreid zoeken
Gesorteerd op:  Boeknummer

Klik op publicatie voor vergroting en meer informatie

1. Boeknummer: 00063  
Prinsenbeek Kiezen voor de Toekomst
Ondernemingen -- Algemeen           (februari 1981)    [Egmond, K. v. drs.; e.a.]
Prinsenbeek Kiezen voor de Toekomst Adviesrapport CIMK 1981


Inleiding
Begin 1980 ontving het Centraal Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf van het College van Burgemeester en Wethouders en de plaatselijke middenstand van Prinsenbeek de opdracht tot het instellen
van een distributieplanalogisch onderzoek.

Het doel van een dergelijk onderzoek is inzicht te verkrijgen in de structuur en het functioneren van het winkelapparaat en op grond hiervan aan te geven wat de mogelijkheden zijn voor dit winkelapparaat
in de komende jaren, waarbij rekening wordt gehouden met het gewenste verzorgingsniveau voor de consument.

Een belangrijke aanleiding voor de opdracht vormt de ontwikkeling in de Haagse Beemden en in het kader hiervan een mogelijke ontwikkeling van de winkelfunctie op de Markt.

Het rapport kan globaal worden opgesplitst in twee delen.
Het eerste gedeelte analyseert het winkelgebeuren zoals zich dat op het ogenblik afspeelt. De gegevens hiertoe werden verkregen aan de hand van een inventarisatie van alle winkelvestigingen
in Prinsenbeek, een ondernemersenquête en een consumentenenquête .
Op grond van deze gegevensverzameling kan in hoofdstuk 2 een uitvoerige beschrijving worden gegeven van de structuur en het functioneren van het winkelapparaat, terwijl in hoofdstuk 3 de vraagzijde uit-
voerig aan de orde komt.
In hoofdstuk 4 tenslotte worden de aanbod- en de vraagzijde met elkaar geconfronteerd, waarna een aantal slotconclusies volgen.
Het tweede gedeelte van dit rapport handelt over de vraag of en in welke mate het verkoopvloeroppervlak in de toekomst kan worden uitgebreid en welke planologische en kwalitatieve maatregelen
genomen moeten worden om tot een zo optimaal mogelijk winkelmilieu te komen.

Centraal Instituut Midden- en Kleinbedrijf (CIMK);  
 

2. Boeknummer: 00077  
Beekse Negotie. Geschiedenis van het winkelbestand in Beek 1945-1950
Ondernemingen -- Algemeen           (2002)    [Kees Nagelkerke]
Beekse Negotie

VOORWOORD
Dat de wereld de laatste decennia erg is veranderd is iedereen duidelijk. Op allerlei gebied laten de ontwikkelingen zich zien en zeker ook in de negotie die tegenwoordig de
commerciële sector heet. Halverwege de vorige eeuw was in een dorp als (Prinsen)Beek de buurtwinkel nog iets waar men niet buiten kon en was een dagje winkelen in de grote
stad met de “deftige” winkels voor velen nog een belevenis. Tegenwoordig zijn grootwinkelbedrijven, supermarkten, e-commerce, internet-shoppen enz. heel gewoon..
Hoorde vroeger het winkelbezoek bij het normale werk van iedere dag, nu doen we veelal éénmaal per week boodschappen en gaan we “fun-shoppen”. Betalen met gewoon geld
raakt uit en pinnen en chippen is normaal. Het is allemaal zakelijker en afstandelijker geworden. Dat was vroeger anders.
Geen wonder dat iedereen, die de jaren vlak na de oorlog bewust heeft meegemaakt, nog wel eens met weemoed terugdenkt aan die tijd waarin de winkel niet alleen een plaats was
waar je iets kon kopen, maar ook een trefpunt voor de dorpse gemeenschap.
Ook zondags was de winkel open en even achterom binnenlopen buiten de openingstijden was gewoon. Lief en leed werd er gedeeld en de dorpsnieuwtjes en -roddels werden er
uitgewisseld. Men betaalde met contant geld, maar “opschrijven” (op rekening kopen) was ook geen probleem als de klant in een moeilijke financiële gezinssituatie verkeerde.
Iedereen kende immers iedereen en had elkaar nodig, want men was op elkaar aangewezen voor hulp en inkomsten. De sociale en economische functie van de plaatselijke
middenstand in die tijd in een dorp moet daarom zeker niet onderschat worden.
De heemkundekring was dan ook erg verheugd over het idee van onze plaatsgenoot Kees Nagelkerke om over de Beekse middenstand uit die tijd een (foto)boek samen te stellen.
Kees - geboren en getogen Bekenaar en zoon van een plaatselijke bakker - is als geen ander daartoe in staat omdat zijn kennis van Beek/Prinsenbeek onuitputtelijk is.
Bovendien bezit hij het talent om anderen te enthousiasmeren en te motiveren om hieraan mede te werken. Zijn inspanning is niet voor niks geweest, want het is een prachtig boek
geworden dat een open plek in de geschiedschrijving van ons dorp heeft ingevuld.
De dank van het bestuur van Heemkundekring Op De Beek en zeker ook van alle lezers gaat uit naar de schrijver en al degenen die hem hun medewerking gegeven hebben, veelal
in de vorm van het aanleveren van gegevens en foto’s.
Het boek zal voor velen - naast het lees- en kijkgenot - een waardevol bezit zijn, waarbij de herinneringen aan het straatbeeld en de winkeliers van vroeger weer boven komen.
Ad van Melis
Voorzitter Heemkundekring OP DE BEEK.

TER INLEIDING
Niets nieuws vertel ik u als ik zeg, dat er over Beek-Prinsenbeek al heel veel is geschreven Om een aantal boekwerken hiervan te noemen. .
De serie Hage over de geschiedenis van Beek en Princenhage, twee boekjes met Beek in prentenbriefkaarten, het huis aan huis verspreide boek “55 jaar zelfstandig Prinsenbeek ,
boek 100 jaar harmonie Amor Musae, boek 200 jaar vrijwillige brandweer boek 80 jaar tuinbouwver. St. Isidorus, twee boeken over Beeks karnaval, boek over oorlog op de Beek,
boek Beekse Indië-gangers, toetenboek met bekende Beekse gezichten, boek 200 jaar parochie Prinsenbeek.
Als er zoveel en zo vaak over zulk een toch kleine gemeenschap wordt geschreven en vastgelegd, betekent dat tegelijkertijd dat zulk een gemeenschap leeft, dat het iets te
bieden had en heeft, dat er activiteiten zijn en een groots verenigingsleven. En al is Prinsenbeek dan wel niet het mooiste dorp van Brabant, we zijn toch trots op de hechte
band die ons dorp heeft en altijd heeft gehad.
En dan nu weer een boek? Moet dat zonodig? Moeten natuurlijk niet, maar er is een categorie die nimmer is beschreven en dus tot op heden onderbelicht is gebleven en dan
doel ik hier op de PrinsenBeekse negotie.
Zolang Beek bestaat is er altijd een levendige handel geweest op allerhande gebied.
En het is goed dat ook zoiets voor ons, maar vooral voor ons nageslacht wordt vastgelegd.
Het is belangrijk dat in beeld wordt gebracht en wordt gekoesterd hoe onze voorgangers zaken deden en wat voor zaken ze deden!!
Wist u dat er een halve eeuw geleden in Beek 51 winkels waren, waarvan er 40 in zijn geheel zijn verdwenen? En dat er van de resterende 11 nog slechts 6 zijn, waarin dezelfde
familie, zij het de derde generatie, is gevestigd?
En het zijn deze 51 winkels, die ik in dit boek wil beschrijven met daarbij uiteraard de nodige foto’s.
Dan zullen ei bij u, geachte lezer, direct vragen naar voren komen van: waarom staan er die en die niet in. Het is goed dat ik u dit maar gelijk kan uitleggen.
Allereerst zij gezegd dat er in dit boek alleen winkels worden beschreven En dan die winkels, die er in de periode 1945/1950 in Beek bestonden, dus ruim een halve
eeuw geleden. Dat betekent dat winkels die er voor die periode waren, maar in genoemde periode niet meer, ze ook niet in dit boek worden vermeld.
Het betekent evenzeer dat winkels die NA 1950 zijn opgestart niet in dit boek voorkomen Natuurlijk zullen er dan grensgevallen zijn, maar er is een duidelijke grens
getrokken en dat is 1950.

klik op de pijlpunt links voor het volledige voorwoord


Dan moet ook nog worden vermeld dat er in genoemde periode vele andere zaken en bedrijven waren, doch zonder winkel en ook die zult u in dit boek niet terug vinden
We hadden toen diverse aannemersbedrijven, er waren twee kolenboeren twee klompenmakers, twee horlogemakers, twee wagenmakers, er was een boerenbond en er
was een melkfabriek, want de nering tierde hier welig.
Tenslotte zij nog gezegd, dat er mogelijk een of twee winkels meer waren dan in het boek genoemd. Dat zijn dan winkels die ik niet heb kunnen achterhalen en waar dan ook geen
gegevens en foto’s van zijn.
Alle in het boek voorkomende families zijn door mij persoonlijk benaderd en via een oproep in Modem Prinsenbeek, ons lokale weekblad, hebben anderen in elk geval de
gelegenheid gehad te reageren.
Om te voorkomen dat ik mogelijk de verkregen informatie verkeerd zou interpreteren, heb ik alle personen, waarvan ik materiaal leende, de tekst ter correctie aangeboden,
doch blijf ik uiteraard volledig verantwoordelijk voor de inhoud.
Ik ben er mij van bewust dat er foto’s in staan, die kwalitatief niet spectaculair zijn, maar het is niet altijd de kwaliteit van een foto die boeit, ook de eraan verbonden herinnering
deed opname verantwoorden.
Dat bij de een meer foto’s staan afgedrukt dan bij een ander heeft uiteraard te maken met het beschikbaar zijn van het materiaal.
Om een en ander zo overzichtelijk mogelijk te maken, worden de winkels per straat behandeld, beginnend op de Markt, dan Beeksestraat, Kapelstraat, Groenstraat, Valdijk en overige.
Graag wil ik al degenen bedanken, die zo bereidwillig en vriendelijk waren om mij de nodige informatie te geven en tijdelijk hun (vaak dierbare) foto’s af te staan. Een en ander
gebeurde meestal onder het genot van een kopje koffie.
Zonder hun hulp was dit boek nooit tot stand gekomen.
Ik hoop hiermede een bijdrage te hebben geleverd aan de Beekse c.q. Prinsenbeekse geschiedenis, die nu dus niet in een sigarenkistje of in een schoenendoos wordt bewaard,
maar in boekvorm altijd kan worden terug gevonden.
Moge dit boek ertoe bijdragen, dat wij en onze kinderen zuinig worden op wat nog bewaard is gebleven en dat we beseffen dat de hardwerkende winkeliers uit het verleden
Prinsenbeek mede hebben gemaakt van wat het nu is...
Kees Nagelkerke


Heemkundekring Op de Beek;  
 

3. Boeknummer: 00082  
Beekse Herbergen. Doesse nogges vol..
Ondernemingen -- Algemeen           (2008)    [Kees Nagelkerke]
Beekse Herbergen
Dit boek is via deze link verkrijgbaar in de winkel van Heemkundekring Op de Beek.

VOORWOORD
Zo oud als de mens is hebben er waarschijnlijk ook plaatsen bestaan waar men samen komt. Een plek om elkaar te treffen, een gesprekje aan te knopen en ook
om gegevens en ervaringen uit te wisselen. Vrijwel ieder mens heeft behoefte aan sociale contacten en zoekt graag de medemens op. Dan ligt het al snel voor
de hand om samen iets te drinken. En natuurlijk zijn er dan mensen die het gat in de markt zien en zo’n plaats van samenkomst oprichten. Zij willen dan daar
-uiteraard tegen betaling- als een soort gastheer/vrouw wel zorgen voor de benodigde drank en wat dies meer zij. Daardoor ontstaat een gezellige sfeer en
voelt de bezoeker zich een beetje thuis. En dan niet alleen de toevallige bezoeker maar ook iedereen die op zoek is naar gezelligheid en vertier. Het samen beleven
van gezelligheid en het elkaar leren kennen in een informele sfeer, schept een band en legt de basis voor het welbevinden in een gemeenschap.
Ik wil hiermee maar zeggen dat ontmoetingsplekken een niet te onderschatten functie hebben. Immers zij bieden een plaats waar het individu een ander mens
wordt, onderdeel uitmakend van een gezelschap waarin men met elkaar praat, naar elkaar luistert en samen plezier maakt.
Iedere gemeenschap heeft dan ook behoefte aan dergelijke gelegenheden en het maakt dan in principe niet uit of dit de naam draagt van herberg, café, restaurant,
kroeg, disco of welke soorten er nog meer zijn.
Prinsenbeek maakte en maakt hierop geen uitzondering. En dat is maar goed ook, want kunt u zich bijvoorbeeld kermis of carnaval voorstellen zonder cafés?
Dat er in de loop der jaren veel veranderde op horecagebied is logisch. Ook hier stond de tijd niet stil en volgden de ontwikkelingen elkaar op. Van de vroegere
'stille knip' naar de huidige 'bar' is een hele stap. En hoe dat in Prinsenbeek allemaal in zijn werk ging kunt u lezen in dit boek.
We moeten erg blij zijn dat er mensen zijn die dit allemaal voor ons en ons nageslacht op papier willen zetten en onze plaatsgenoot Kees Nagelkerke is een
van hen. Met veel kennis van zaken en uitermate goed gedocumenteerd heeft hij een uniek stukje geschiedenis van ons dorp beschreven.
De omslag wordt gesierd met een erg fraaie en zeer treffende tekening van eveneens onze plaatsgenoot Jan Tankink.
De dank van het bestuur van de Heemkundekring OP DE BEEK en zeker ook van alle lezers gaat uit naar de auteur en illustrator en al degenen die hun
medewerking gegeven hebben.
Geniet - onder het genot van een glaasje - samen van dit boek. En...redt u het niet met één glaasje dan roept u maar: „Doesse nogges vol....
Ad van Melis
Voorzitter Heemkundekring OP DE BEEK.

TER INLEIDING
Al zolang de wereld bestaat worden over heel diezelfde wereld al bier en alcoholische dranken gedronken. Nooit en te nimmer nog weg te denken, het zal
dus altijd zo wel blijven. .
- Er bestaan talloze stokerijen, zowel grote als kleine.
- En zijn duizenden brouwerijen, waarvan ook veel regionale.
- Er zijn en worden miljarden liters gedronken.
- Er zijn vele boeken over geschreven.
- Er zijn diverse liederen over gecomponeerd.
- Er zijn verschillende musea voor opgericht.
- Er zijn ontelbare cafés, restaurants, hotels, cafetaria’s enz.
- Er verdienen massa’s mensen hun brood in de branche.
- Er zijn groothandels, gespecialiseerd op dit gebied.
- Er zijn duizenden soorten en nog meer merken.
- Er worden beurzen, tentoonstellingen en exposities voor gehouden.
- Er zijn, het getal mag u zelf invullen,...drinkers, zeg maar liefhebbers.
- Er is veel, heel veel vreugde aan beleefd.
- En...het heeft ook veel verdriet, ellende en armoede gebracht.

Al in eerdere schrijvens heb ik laten weten dat Prinsenbeek, maar zeker ook het vroegere Beek, altijd en overal aan meedeed en meedoet. Op alle gebied en dat
geldt dan ook op horecagebied.
In dit boek gaat u daar veel over lezen, want één ding staat zo vast als een huis:
'OP DE BEEK IS NOOIT DORST GELEDEN'

In een ver verleden, we spreken dan over de jaren rond 1700, waren er in Beek toch vijf kleine huisbrouwerijen en wel die van Jan Lips, Adriaen Jan Dirven,
Adriaen Boeren jan Melissen en Adriaen Poppelaars.
Er waren vroeger naast een groot aantal herbergen ook verschillende clandestiene drinkgelegenheden en ook toen was er al de lokale concurrentie. Om u als lezer
toch een indruk te geven van het Beekse drankgebeuren, publiceren we hier als voorbeeld de jaaromzet van bier in het jaar 1907. (eeuw geleden.)
Nuyten 1200 liter, Veehandelshuis 800 liter, P. Dircken 750 liter, Aartsen 670 liter, Ch. Mouwen 600 liter, Frijters 600 liter, Sterkens 500 liter, G. Mouwen 450 liter, ’
J. Dircken 450 liter, C. Mulder 400 liter, van Dorst 180 liter, Ch. Schalk 160 liter en tenslotte de wed. Leijs en H. Rops elk 120 liter.
Bij elkaar toch zo’n slordige 7000 liter op een aantal van ca. 2000 inwoners Als we het hier over Beek hebben bedoelen we het gehucht, het kerkdorp Beek
want we behoorden toen nog bij de gemeente Princenhage en op 1 januari 1942 werd Beek zelfstandig. Per 1 januari 1951 is het Prinsenbeek gaan heten De
daarop volgende annexaties van 1976 en 1997 zijn genoegzaam bekend.

klik op de pijlpunt links voor de volledige inleiding


Beek groeide, er kwamen nog enkele cafés bij en er werden er diverse gesloten en net voor de tweede wereldoorlog kende Beek, schrikt u niet, 25 herbergen en
diverse stille knipkes bij een inwonertal van om en nabij 4000 mensen en....... het kan immers niet anders ook veel liefhebbers.

Veel dingen waren toen overigens wel effekes anders zoals:
Niet één uitbater, herbergier, kastelein kon met het café de kost verdienen.
Vrouwen kwamen toen nog niet (nauwelijks) in cafés. Er werden andere dranken verkocht dan tegenwoordig. Toen een schilletje, een boerenjongen, Bossche
pop en veel donker bier om maar eens wat te noemen. Bossche pop was jenever die gemengd werd met kruiden, die uit 's Hertogenbosch afkomstig waren. Dit
mengsel moest dan wel in een stenen kruik een tijdje trekken. Het was goed voor de maag en nog lekker ook! Limonade kende men natuurlijk ook, maar van cola,
tonic of spa had men nog nimmer gehoord.

Nu kan men een keuze maken uit tientallen verschillende bieren en talloze inlandse en buitenlandse sterke dranken, likeuren en frisdranken. En natuurlijk
veel wijnen in allerlei prijsklasse en kwaliteiten.

Vroeger verkocht men in de kruidenierswinkels geen sterke drank en dronken we in Beek thuis alleen met feest- en verjaardagen. En dan is het nu 2008.
Een ieder ervaart het drinken van alcohol op zijn of haar manier, drinkt het thuis of buitenshuis en maakt hieromtrent de eigen keuze.
We kennen op de Beek overigens niet meer naar 30 cafés, maar nog slechts naar 11. Daarbij komt wel dat er nu gelegenheid tot drinken is bij de kantines van
voetbalvereniging Beek Vooruit, Tennisvereniging Prinsenbeek, Hockeyvereniging H.C.P., Golfclub Albatross, de drie cafetaria’s, de Shoarma, de Wok, de Chinees en
de Zilverberk.

Toch is het interessant om meer te weten te komen van die vele cafés, waar stonden ze, wie waren de verschillende uitbaters, wat deden zij nog meer en wat
gebeurde er zoal?
Elk café heeft immers toch 'zijn' verhaal. Nog interessanter is om het met foto’s en afbeeldingen te omlijsten. Er zijn enkele foto’s bij die kwalitatief niet al te
best zijn, maar wel aan het herbergverhaal verbonden als herinnering en daarom verantwoord om ze toch te plaatsen.

Daarom is dit boek geschreven. Het is een vervolg op de boeken Beekse Bakhuisjes en Beekse Negotie om zo op deze wijze te weten hoe het Beek
van vroeger was, hoe Bekenaren woonden en leefden en nu dus ook waar de Bekenaren hun sociale contacten hadden en waar men een lekker borreltje of
biertje kon gaan drinken.
Het spreekt vanzelf dat van het ene etablissement meer te vertellen is dan van het andere, maar u, lezer zult er een goed beeld van krijgen.
Dan nog dit. Ik zou tekort schieten als ik hierbij Ad van Melis, voorzitter van onze heemkundekring, niet zou noemen om hem speciaal dank te zeggen voor het vele
werk dat hij heeft gedaan bij de voorbereidingen van dit boek. Verder wil ik ook graag de diverse families hartelijk danken voor hun medewerking, het uitlenen
van hun (veelal dierbare) foto’s en de kopjes koffie die ik tijdens mijn bezoeken heb gekregen.
Tot slot wens ik u veel leesgenoegen.
Kees Nagelkerke.


Heemkundekring Op de Beek;  
 

4. Boeknummer: 00106  
Inventaris archieven Machinefabriek Breda (1861-1987) Publikatiereeks Archief Breda nr 6
Ondernemingen -- Algemeen           (1996)    [drs. H.M.M. Huijgens-van Kollenburg]
Inventaris archieven Machinefabriek Breda (1861-1987)

INLEIDING
In mei 1962 verscheen een speciaal nummer van Het Peilglas, personeelsorgaan van de Machinefabriek Breda, naar de kleur van de omslag ook het ‘gouden Peil-
glas’ genoemd. Hierin beschrijft (drs.) A.W.A.A. Ellerbeck, als personeelschef werkzaam in het bedrijf, de bedrijfsgeschiedenis van 1862-1961 en laat ook de
Tilburgse voorgeschiedenis vanaf 1855 niet onbesproken. Een deel van het onderzoek voor deze uitgave was verricht door (ing.) A.N. Knoppers, een gepen-
sioneerd leidinggevende van de fabriek. Zelf leverde deze ook een manuscript af dat niet in druk verspreid werd.' Beide verhalen zijn chronologisch opgezet en
daardoor weinig overzichtelijk voor wie naar gegevens over een bepaald onderwerp zoekt. Dit is temeer een bezwaar door het ontbreken van een index (registers)
erop. Een kritische houding ontbreekt totaal, wat overigens niet verrassend is. Het zijn typisch voorbeelden van wat H. de Vries omschrijft als een van bin-
nenuit geschreven geschiedkundig overzicht van de lotgevallen van de onderneming.
Liever dan in herhaling te vervallen zal ik mij beperken tot de periode na 1960 en enkele in het gouden Peilglas ontbrekende of onvoldoende behandelde onderwerpen
uit de periode daarvoor?
Verwacht U dus ook hier geen volledige, kritisch opgezette bedrijfsgeschiedenis.
Deze inleiding en de inventarisatie willen niet meer dan helpen die in de toekomst mogelijk te maken.
Mijn algemene indruk is dat het verloop van de geschiedenis van de onderneming niet sterk afwijkt van een min of meer algemeen aanvaard verloop van de ge-
schiedenis van de industrie in het algemeen en binnen de bedrijfstak metaal van die van de machinenijverheid in het bijzonder. Voorbeelden daarvan zijn de sterke
groei in de traditionele activiteiten in de Eerste Wereldoorlog door het wegvallen van een groot deel van de -met name Duitse- concurrentie en de sterke opkomst
van de electrotechnische activiteiten in dezelfde periode.
In de Jaarboeken voor de Geschiedenis van Bedrijf en Techniek 1985, 1986 en 1987 wordt aandacht besteed aan diverse aspecten van de ontwikkeling van de
electrotechniek en de toepassing ervan in Nederland. Hierbij wordt niets vermeld over de koppeling van een afdeling voor klein- en grootschalig installatiewerk op
electrotechnisch gebied aan een (middelgrote) machinefabriek die ook electrotechnische apparaten vervaardigde. Nader onderzoek zal moeten uitwijzen of en
in welke mate deze combinatie elders ook voorkwam. De sterke opkomst van de electrotechnische afdeling in de periode van de Eerste Wereldoorlog is te verkla-
ren doordat het gebruik van electriciteit voor verlichting en industriële doeleinden sterk werd bevorderd door de overheid vanwege de brandstoffenschaarste.

Gemeentearchief Breda;  
 

5. Boeknummer: 00135  
Boeren, Burgers en Buitenlui. Verhalen over en rondom de historie van de Etten-Leurse vee- en warenmarkten.
Ondernemingen -- Algemeen           (2013)    [Ad van der Logt, Jos Martens, Frans Passier]
Boeren, Burgers en Buitenlui.

Voorwoord van de wethouder
Als sluitstuk van het jaar waarin de woensdagmarkt van Etten-Leur-centrum tot Beste Markt van Nederland 2011-2012 werd uitverkozen, presenteert de Heemkundekring “Jan uten Houte”
dit bijzonder fraaie naslagwerk over de vee- en warenmarkt van Etten-Leur.
Het boek laat een mooie doorkijk zien van de ontwikkelingen van deze vorm van ambulante handel door de jaren heen en de betekenis ervan voor de Etten-Leurse gemeenschap en de regio.
De woensdagmarkt in Etten-Leur-Centrum en de wijkmarkt op vrijdagochtend in Etten-Leur-Noord leveren een belangrijke bijdrage aan de koopkrachtverwerving voor de detailhandel
en horeca door het synergie-effect en dragen bij aan de culturele integratie en de toegang tot de arbeidsmarkt.
De markten vervullen bovendien in belangrijke male een sociaal-recreatieve functie.
Sprake is van een aantoonbare meerwaarde voor de Etten-Leurse gemeenschap en de regionale aantrekkingskracht.
De marktstandplaatshouders met een diversiteit aan branches en producten in hun kwalitatief hoogstaande verkoopwagens en kramen hebben oog voor kwaliteit en service aan de consumenten.
Daar bovenop wordt door enthousiaste vrijwilligers zorg gedragen voor verhoging van de sfeer en gezelligheid door promotionele activiteiten, die het imago en de
professionaliteit van de markt op een hoger niveau tillen. Ik spreek hierbij de wens uit dat de toekomst van de warenmarkt haalbaar blijft en mogelijkheden
biedt voor dynamiek en innovatie.
Dank aan allen die aan de totstandkoming van dit boek een bijdrage hebben geleverd.
Ik wens een ieder veel leesplezier. En spreek daarbij de wens uit dat het een uitdaging vormt voor iedereen om eens een bezoek te brengen aan de warenmarkten van Etten-Leur en mogelijk
een initiatief op te pakken tot het promoten en uitdragen van de slogan “de markt van alle markten thuis!”.
Jean-Pierre Schouw,
Wethouder Economische Zaken Gemeente Etten-Leur.

Woordje van de marktmeester
Het is voor mij een eer om dit boek bij u aan te bevelen. Als marktmeester van de huidige markten in Etten-Leur heb ik mogen bijdragen aan de verkiezing van onze woensdagmarkt tot
“de beste markt van Nederland”. Dat heb ik natuurlijk niet alleen gedaan, in dit boek kunt u onder meer lezen wat daar allemaal bij komt kijken en wat hiervoor werd en wordt gepresteerd.
Al ruim 400 jaar zijn allerlei mensen en organisaties bezig geweest om de Etten-Leurse markten te maken tot wat ze nu zijn.
U kunt lezen dat dit soms met horten en stoten gepaard ging, maar altijd was het doel de verdere ontwikkeling en professionalisering van de markt. De markt is, naast een plaats waar
koper en verkoper elkaar kunnen ontmoeten, ook een sociaal gebeuren dat bijdraagt aan een grotere bloei van onze gemeente. Daarom is het goed dat iedereen, via dit boek, kennis kan nemen van haar
geschiedenis. Door de mooie historische platen en foto’s wordt dit ook nog eens visueel gemaakt.
Ik wens u veel lees- en kijkplezier toe en hoop u te ontmoeten op een van onze mooie en gezellige markten!
Henk Neven
Marktmeester van de Gemeente Etten-Leur.

Heemkundekring Jan Utenhoute Etten-Leur;  
 

6. Boeknummer: 00395  
Drukkerij E.M. de Jong 100 jaar. 1906-2006 (2dln in cassette)
Ondernemingen -- Algemeen           (2006)    [A. van Tuyll, J. Janssen]
100 jaar drukkerij E.M. de Jong 1906-2006, Baarle in druk 1906-2006

Voorwoord (deel 1)
Honderd jaar Drukkerij Em. de Jong maakt tegen de achtergrond van zo'n 1300 jaar boekdrukkunst misschien
weinig indruk, maar wie zich realiseert dat de dorpsdrukkerij van Tjeerd de Jong als familiebedrijf heeft stand
gehouden en is uitgegroeid tot de grootste retaildrukkerij van Nederland mag de vlag uitsteken.
Friese opa Tjeerd en Vlaamse oma Cornelia hebben vanaf 1906 met hun kracht en doorzettingsvermogen niet alleen
heel veel persoonlijk leed overwonnen maar ook de basis gelegd voor een sterk familiebedrijf dat in Baarle altijd
letterlijk een ‘grensgeval’ is gebleven.
In een tijd van globalisering en Europese groei lijkt lokaal en regionaal denken uit de tijd. Maar Tjeerd de Jong die
ooit bij toeval en misschien intuïtie Baarle-Hertog als eerste vestigingslocatie koos, startte daarmee een band
tussen drukkerij en Baarle die nooit meer verbroken is.
Mijn vader Emiel die in 1939 het bedrijf overnam, was waarschijnlijk niet de drukker in hart en nieren die Tjeerd
graag gezien had maar hij was wel met hart en ziel verbonden met de Baarlese gemeenschap. Daarbij had hij
een zoon die als kind al niet kon wachten op het moment dat hij serieus met zethaak, lood en inkt aan de slag kon.
Van mijn grootouders en ouders heb ik de liefde voor het drukkers- en uitgeversvak met de paplepel naar binnen
gekregen. En hoewel nergens in de historie van de familie De Jong het ondernemerschap als prominent aspect
naar voren komt, hebben we kennelijk in de genen iets zitten waardoor we altijd naar de toekomst kijken en ons
afvragen hoe het grafische landschap er overmorgen zal uitzien. Daarbij zat die sterke verbondenheid met dorp en
regio er al vroeg in. Het familiebedrijf heeft altijd een grote verantwoordelijkheid gevoeld. Niet alleen voor de
eigen onderneming en medewerkers maar ook voor die eigen regio waarvoor we nu al 100 jaar Ons Weekblad uit-
geven, ooit gestart in 1906 als het Baarl’s Nieuws en Advertentieblad.
Echte feestvierders zaten er niet bij de familie De Jong. Misschien te veel Fries en te weinig Brabants en Vlaams.
Dat is ook de reden dat 50 en 75 jaar drukkerij/uitgeverij bijna ongemerkt voorbij zijn gegaan. In 2005 realiseerden
we ons dat die 100 jaar er aan kwam. We hebben lang geaarzeld over de viering en een jubileumboek. Opa
Tjeerd en pa Emiel hadden nooit archieven bijgehouden en de getuigen uit die eerste veertig jaren waren allemaal
dood.
Het Jubileumboek was dan ook een zeer late beslissing die veel heeft gevergd van alle medewerkers, niet in het
minst die van onze prepress en de Baarlese Heemkundekring. Zo is het enerzijds een journalistieke reconstructie
geworden van 100 jaar drukkers- en uitgeversgeschiedenis in de context van de ontwikkeling van historische
boekdrukkunst tot de digitale grafische revolutie en anderzijds een document over de familie De Jong op de
grens tussen Nederland en België. De verbondenheid met Baarle heeft ook vorm gekregen in dit apart boek over de
laatste 100 jaar Baarle-Nassau en Baarle-Hertog; een productie van leden van de Baarlese Heemkundekring.
Terugkijkend tot 1906 ben ik bijzonder trots op die opa die ooit met niet veel meer dan een groot doorzettings-
vermogen een handels- en familiedrukkerij startte en een weekblad. Hij heeft de latere generaties De Jong de kans
gegeven om verder te bouwen aan een drukkersbedrijf dat anno 2006 niet alleen de grootste Baarlese werkgever
is maar ook een toonaangevend bedrijf in Nederland en België.
Bedankt Tjeerd, namens de hele familie!
JOEP DE JONG.
ALGEMEEN DIRECTEUR DRUKKERIJ EM. DE JONG

Verantwoording
Toen Joep de Jong na lange aarzeling in december 2005 besloot om de 100-jarige drukkerij in juni 2006 toch een
feestelijke aankleding te geven met officiële vieringen en een jubileumboek, werd het voor alle betrokkenen een
race tegen de klok. Een drukkersbedrijf wil een mooie feestproductie afleveren. Geen boekje van 13 in een
dozijn maar een verslag van 100 jaar zetten, opmaken en drukken. Honderd jaar uitgeven, 100 jaar ondernemen en
de eeuw van grootvader Tjeerd en vader Emiel, mede gezien door de ogen van kleinzoon en zoon Joep die
driftig meekeek over de schouders van de verslaggevers.
Wat moest het allemaal worden? Een mooi vormgegeven boek waarin lezen en kijken elkaar aanvullen maar ook
apart genoten kunnen worden. Een boek waar een drukker trots op kan zijn. Maar ook het avontuur van een
dorpsdrukkerij uit 1906 die als familiebedrijf doorgroeit tot de retaildrukkerij van Nederland en België. Tegelijker-
tijd een familiekroniek over de nazaten van Tjeerd de Jong, de Friese weesjongen die als handzetter zijn geluk
in de Zuidelijke Nederlanden zocht en de basis legde voor een uniek familiebedrijf.
Maar er is nog veel meer, riep Joep de Jong tot zijn kroniekschrijvers. De groei van het Baarl's Nieuws en
Advertentieblad met nog geen 300 abonnees tot een klein bladenconsortium. Kortom, de uitgeverij en het verhaal
achter de bladformules. Het succes van de ondernemer die dwars tegen alle grafische crises in blijft groeien. De
context van de digitale revolutie in een eeuw waarin definitief afscheid werd genomen van Gutenberg en vier
eeuwen lood- en inktgeur. De technische groei en ontwikkeling van de trapdegel van Tjeerd uit 1906,
waarbij je de echo nog hoort van Chinese blokdrukkers en Johann Gutenberg, tot de laatste generatie digitale
superprinters waarop nu de kleinere oplagen gedrukt worden.
Dat bizarre historische contrast tussen Chinese blokdruk uit de 6e eeuw en de gedigitaliseerde prepress die via
snelle drukpersen in korte tijd 300.000 Idols-affiches uitspuwen lijkt het ultieme beeld waarin ruim 1400 jaar ont-
wikkeling in de boekdrukkunst wordt gevisualiseerd.
Toen Joep de Jong dat allemaal vroeg, wisten we nog niet dat de toch al beperkte archieven niet veel verder dan 25
jaar teruggingen. De rest zat in de geheugens van medewerkers, familieleden en vooral Joep de Jong zelf. Foto’s
van oude drukkerijlocaties kwamen via de Baarlese Heemkundekring en familieleden boven tafel maar hoe
het er binnen uitzag was in al die tijd nooit vastgelegd.
Druk in Baarle is dan ook meer reconstructie en beschrijving vanuit een journalistieke optiek geworden
dan een historisch verantwoorde kroniek van een drukkersfamilie en hun ondernemingen. Onderzoek, het
verzamelen van relevant materiaal en foto’s en het voeren van tientallen gesprekken kostte maanden. Daarna het
schrijven terwijl de deadline van de vormgever naderde.
Hoewel de auteurs vaak het gevoel hadden opgesloten te zitten tussen journalistieke deadline en historisch verant-
woordelijkheidsbesef is de race tegen de klok gelukt. Niet in het minst dankzij de onbaatzuchtige medewerking van
al die grafici en andere medewerkers die hun hersenen moesten pijnigen over de vraag hoe het ook al weer in
elkaar stak in ‘die goeie ouwe tijd’. Om maar niet te spreken van de familie De Jong die het verleden in moest
voor de eigen geschiedenis. Vergeten momenten en vergeten en vergeelde foto’s kwamen weer boven tafel.
Maar zonder het verleden bestaat er geen toekomst.
Het werden uiteindelijk vier maanden van zoeken, praten, stressen en schrijven. Maar we hebben er geen spijt van
en ook nog iets geleerd over de geschiedenis van een prachtig vak en een Friese weesjongen die naar Baarle
kwam om de basis te leggen voor een stevig weekblad concern en tevens de grootste retaildrukkerij van
Nederland.
ANNA VAN DER BURGT
ARDA VAN PU1JENBROEK
REG TEN ZIJTHOFF

Inhoud (deel 1)
Drukkerij De Jong Historie en ontwikkeling
1906 - de beginjaren: Tjeerd de Jong 10
1100 jaar boekdrukkunst 10
1939 - Emiel de Jong 18
1968 - Joep de Jong 20
Stijn de Jong - de 4e generatie 20
De Orderbegeleider 23
Ondernemerschap in revolutionaire tijden 28
Het kantoor 32
Een late grafische roeping 32
Van 'beldames' tot digitalisering 34
Personeel en Organisatie 38
370 medewerkers op de uitklapper
Klanten en relaties over ‘hun’ drukker 41
Het technische bedrijf: drukvoorbereiding 52
De werkvoorbereider 52
Prepress. de weg naar digitalisering 53
De vormgever 56
Het technische bedrijf: de drukkerij 64
De drukkersveteraan 64
Hoofd productie 67
De rotatiedrukkerij 68
Van offset naar digitale revolutie 72
Flying imprint 76
De technische toekomst 78
Groeien en nog eens groeien 82
1918-1985: nieuwbouw en verbouw 82
Vanaf 1987: explosie aan de Visweg 89
Visuele rondgang anno 2006 92

Uitgeverij De Jong
Een flink weekblad (1906-1942) 118
De zegen voor Ons Weekblad (1945-1979) 141
Honderdduizend brievenbussen (1979-2006) 153
Correspondenten 179

Familie De Jong
Tjeerd keek dwars door je heen 190
Beeldende kunst verzameld voor bedrijf en thuis 214
De directeurswoning en een onverwachte
vorstelijke onderscheiding 221
Stamboom familie De Jong 223

Verantwoording (deel 2)
Het zal de lezer niet ontgaan zijn dat dit boek uitkomt ter gelegenheid van het eeuwfeest van onze Baarlese
Drukkerij Em. de Jong bv.
In september 2005 kwam bij Heemkundekring “Amalia van Solms“ de vraag op tafel of medewerking aan de tot-
standkoming van een jubileumboekboek mogelijk zou zijn. Als het met Baarle te maken heeft, zegt Amalia bijna
altijd: Ja. Binnen een paar dagen werd een werkbaar idee aan Joep de Jong gepresenteerd. Jos Jansen en Antoon
van Tuijl toonden zich bereid de ideeën uit te werken. Zij konden rekenen op alle vormen van ondersteuning van
vooral Ad Jacobs en Herman Janssen, voorzitter en bestuurslid van Amalia.
Bij het vormen van het idee voor dit boek kwam al snel vast te staan dat het geen geschiedenisboek zou worden.
Om goed geschiedenis te schrijven, moet uitvoerig onderzoek gedaan worden. Daarvoor ontbrak in dit geval de
tijd. Dus is vanaf het begin gekozen voor een sfeerboek en een kijkboek. Het gaat om bundels verhalen en reek-
sen foto’s, niet alleen over de jubilerende drukkerij, maar ook over Baarle in de voorbije eeuw.
De samenstellers waren benieuwd naar het jaar 1906. Wat was er toen gaande in de grote wereld, in België en
Nederland? Wat gebeurde er in Baarle? Jos Jansen tekent in ‘De toestand in de wereld rond 1906’ de sfeer en brengt
een aantal feiten bijeen.
In ‘100 jaar...’ neemt Antoon van Tuijl u driemaal mee voor een rondje Baarle. Aan de hand van heel veel foto's
- het betreft vaak zeer authentieke beelden – verkennen we 100 jaar landschap, 100 jaar landbouw en 100 jaar
bedrijvigheid in Baarle. Waarom deze thema’s? De keuze is eenvoudig. In 1906 was Baarle een kleine bewoonde
vlek met nog wat kleinere gehuchten en buurtschappen in een eindeloos platteland waar heide en woeste
gronden overheersten. Dat veranderde ingrijpend in de eeuw die volgde. We wandelen door 100 jaar landschap.
De bevolking was merendeels agrarisch werkzaam. De landbouw wijzigde eveneens drastisch. We bekijken de
oude landbouw en volgen in stappen een reeks van veranderingen. Opa de Jong begon in 1906 een bedrijfje
in Baarle. Hij werd collega van een stoet van ambachtslieden, neringdoenden, dienstverleners en fabrikanten
hier ter plaatse. Met velen van hen maken we kennis.
We besluiten onze verkenning van 100 jaar Baarle met een wandeling door het centrum en de buitengebieden.
Interessant om te zien dat veel van weleer verdwenen is, maar ook de moeite waard om vast te stellen, dat niet alle
sporen van 1906 zijn uitgewist.
Anna van der Burgt, Arda van Puijenbroek en Reg ten Zijthoff deden onderzoek naar de familie De Jong, de uit-
geverij en Ons Weekblad en naar de drukkerijhistorie. Een neerslag van hun studie treft u aan in ‘Druk In Baarle’.
Zoals gezegd heeft dit boek ‘Baarle In Druk', niet de pretentie de thema’s volledig te behandelen. Het doel was
immers een sfeerbeeld te scheppen om daarin de eeuweling zijn plaats te geven. Het zou mooi zijn als veel
Baarlenaren dit boek ter hand nemen en al lezend en kijkend zichzelf en elkaar regelmatig vragen stellen. Vragen
als: Was dat de enige klompenmaker? Waar stond die andere werkplaats? Er waren toch wel meer...? Zonder-
eigen had toch ook een...?
De Heemkundekring is zeer benieuwd naar uw vragen, opmerkingen en antwoorden.
Het was een waar genoegen gebruik te kunnen maken van het aanbod van Joep de Jong om alle technische
mogelijkheden van zijn bedrijf te benutten. Nog prettiger was het te ervaren met hoeveel bereidwilligheid en
vakbekwaamheid zijn medewerkers ons van dienst waren. Wij spreken hiervoor onze grote waardering uit.
Veel lees- en kijkplezier.
DE SAMENSTELLERS

Inhoud (deel 2)
De toestand in de wereld rond 1906
Inleiding 10
Hoe meer zielen..? 10
Eerlijk delen..? 10
Kennis is macht 12
De industriestad komt opzetten,
de sloppenwijk komt mee 12
Vrede met het geweer in de aanslag 13
Strijd tussen sociale klassen 13
Er is meer dan (wat) je denkt 14
Er is meer dan wat je ziet 14
Illusie of werkelijkheid? 16
Een droom die niet stuk lijkt te kunnen 17
1906, feiten op een rij 19

België en Nederland rond 1906
Inleiding 21
Land en volk 22
Dagelijks leven 23
Economie van België en Nederland 27
Cultuur in Nederland en België 30
Onderwijs 37
1906, feiten op een rij 40

Baarle in 1906
Gegevens over de beide Baarles 42
Activiteiten 47
Baarle en hel nieuws 55
Markante zaken 60

100 jaar landschap
Inleiding 70
De akkers 75
De beemden 80
De heide 88
De bossen 98

100 jaar landbouw
Inleiding 109
Vroeger 110
De akkers 112
De weiden en beemden 116
De heide 118
Verandering op verandering 120
En nu? 134

100 jaar bedrijvigheid
Inleiding 137
Brood op de plank 138
Van meel en molens 140
Ambachten 143
Kleinschalig ploeteren 153
Baarlese producten 169
Bij nacht en ontij 192
Komen en gaan 196

Wandelen door het Baarle van 1906
Wandelen door het Baarle van 1906 201

Drukkerij de Jong;  
 

 

Uitgebreid zoeken

Laatste wijziging binnen getoonde publicaties: 24 april 2022