HEEMKUNDEKRING
OP DE BEEK
PRINSENBEEK

Beeldbank Bibliotheek

   
 

Heemkundekring 'Op de Beek' Beeldbank Bibliotheek Zoekresultaat

Aantal gevonden publicaties : 2   (uit: 659)


Uitgebreid zoeken

Klik op publicatie voor vergroting en meer informatie

1. Boeknummer: 00561  
Het aanzien van 50 jaar wereldnieuws in beeld.
Historie -- Nederland, algemeen           (2011)    [Han van Bree]
Fotoboek van markante gebeurtenissen en personen in Nederland over de afgelopen 50 jaar

Het aanzien van 50 jaar wereldnieuws in beeld.
Woord vooraf
In wat voor wereld leven wij?
In 1962 waren er geen mobiele telefoons of iPads, hadden we geen plasmaschermen, was het DNA nog een goed bewaard geheim,
waren zelfreinigende ramen ondenkbaar, zaten de meeste homo's nog in de kast, stonden de meeste vrouwen achter het aanrecht en was de rooms-katholieke Kerk nog niet be-
zoedeld door seksuele schandalen. Juliana en Boudewijn regeerden over de Lage Landen. In Zuid-Afrika bestond het apartheidsregime nog en dwars door Europa hing het
Uzeren Gordijn, met de pas opgetrokken Muur in Berlijn als navrant symbool.
Er is veel veranderd sinds 1962, heel veel. Maar er is ook veel gebleven - soms in een nieuw jasje: zo werd de rolschaats opgevolgd door de skeeler, kreeg de traditionele
jojo een flitsender uiterlijk en een flitsender naam, yoyo, en maakten (dankzij Albert Heijn) de voetbalplaatjes een comeback. Wat ook bleef, is de eeuwenoude verzuchting:
'in wat voor wereld leven wij?'Op die vraag probeert de Aanzien-reeks al sinds 1962 een antwoord te geven in woord en beeld.

De lens op de mens.
De Aanzien-reeks begon in feite al in 1960.Toenmalige directeur van Uitgeverij Spaarnestad, mr. W. Lucas, was de initiatiefnemer.'Laten we een soort
fotoalbum maken van de jaren waarin wij leven', zei hij.'Elk jaar opnieuw een boek met eerlijke verslaggeving van alles wat er is gebeurd. De mensen zullen zich hun leven willen
herinneren en bladeren in hun eigen historie.'
De eerste uitgave heette De lens op de mens. En de ondertitel was: 'Unieke fotoreportage van twaalf maanden wereldnieuws'. Deze uitgave (formaat: 17 x 24 cm.) telt 112 pagi-
na's vol zwart-wit foto's met korte bijschriften en loopt van oktober 1960 tot augustus 1961. Het boek werd samengesteld door Gerard Vermeulen, hoofdredacteur van het
weekblad Panorama. Hij begint en eindigt koninklijk: het eerste onderwerp is het bezoek aan Nederland van koning Bhumibol en koningin Sirikit van Thailand; op de laatste
pagina zien we een fietsende Juliana in Drenthe. Verder staan in het boek onderwerpen als de nieuwe pier van Scheveningen, de onderwijsplannen van minister Jo Cals, de
musical The westside story, de Varkensbaai-invasie op Cuba, deTour de France (gewonnen door Jacques Anquetil), het kampioenschap van Feyenoord, hongersnood in Afrika, een
vliegramp bij Brussel, de eerste Amerikaanse ruimtevaarder, de hoedenrage en heel veel koninklijk nieuws.
Maar titel en concept bleken niet ideaal. Vanaf 1962 wordt het een echt jaarboek dat begint in januari en eindigt in december. De titel verandert in Het aanzien van een jaar,
met als ondertitel voortaan:'twaalf maanden wereldnieuws in beeld'. Het formaat wordt groter (18 x 26 cm en vanaf 1965 21 x 26 cm), het aantal pagina's meer dan ver-
dubbeld en er wordt gekozen voor een of twee foto's per onderwerp. Niemand, ook samensteller Gerard Vermeulen niet, kon op dat moment bevroeden dat de reeks minstens
een halve eeuw lang succesvol zou zijn. Maar de initiatiefnemer had gelijk: de mensen vinden het blijkbaar heerlijk om terug te bladeren in hun eigen leven.

De toestand in de wereld.
En wat lazen ze dan over 'hun eigen leven'? In feite kregen en krijgen de lezers een beeld van wat politiek commentator G.B. J. Hiltermann zo
treffend 'De toestand in de wereld' noemde. En er gebeurt nogal wat in de wereld. Om uit die brei van informatie wijs te worden fungeert Het aanzien als een filter én een geheu-
gensteun. Zoals in het voorwoord van Het aanzien van 1968 te lezen staat: 'De hoeveelheid nieuws die zich dagelijks over onze hoofden uitstort is zo enorm groot, dat wij er
mentaal ook weer snel afstand van moeten nemen. Als u in mei een afbeelding onder ogen krijgt van een gebeuren dat zich in januari heeft voltrokken, zult u ongetwijfeld
zeggen: "Och, is dat nog pas zo kort geleden gebeurd?" Een fotoboek als dit, waarin in woord en beeld een neerslag van het wereldgebeuren uit 1968 is opgenomen, zal u
derhalve dikwijls voor verrassingen plaatsen.' Dat deed het zeker.

Heb je schone handen?
Bij ons thuis in Veldhoven was het dan ook feest als de bladenman, die behalve tijdschriften ook boeken verkocht, in het begin van het jaar het
nieuwe Aanzien had gebracht. Mijn ouders kochten ieder jaar vier exemplaren: een om zelf te houden en de rest om cadeau te doen aan respectievelijk tante Riek, opa Van
der Vliet en tante Jeanne, die in januari en februari jarig waren en dankzij ons de serie compleet hielden. Als we schone handen hadden en voorzichtig deden (de eerste
delen waren nogal kwetsbaar omdat ze slecht gelijmd waren), mochten mijn zussen en ik Het aanzien lezen. En dat deden we. We lazen en herlazen de verhalen en waren
gefascineerd door een bloedend meisje dat zich afvroeg: 'Mamma, waarom is het zo donker?' door doodgevallen acrobaten in het circus, door een beer die een vrouw aan-
viel, door de lelijkste man ter wereld, door de zweefduik van een keeper, door zwemtochten over het Kanaal, door een koffermoord, door een baby in een vuilnisvat, door
een vijfling, door de blote acteurs van Oh Calcutta, door een moeder van 10 jaar, en zo verder en zo voort. Beelden die op mijn netvlies geëtst werden - en op dat van velen
met mij, zo bleek later.
Bij het teruglezen van al die oude Aanziens voor het samenstellen van deze jubileumuitgave, herinnerde ik mij ineens weer dat ik als jongetje met een van de delen naar
mijn moeder gelopen benen haar gevraagd heb:'Mama, dat doe je toch niet: expres verongelukken?' Ik was volledig in verwarring geraakt door de kop boven een artikel. Ex-
pres verongelukt'. Het ging over een treinongeluk... Pas toen ik jaren later, in 1983, zelf bij Het aanzien betrokken raakte - eerst als medewerker en al snel als samenstel-
ler - realiseerde ik me wat er bij het maken van het boek allemaal komt kijken. Dat er over alles moest worden nagedacht: welke onderwerpen nemen we op, welke in-
valshoek kiezen we, wat voor foto plaatsen we daarbij? Een jaar in woord en beeld op zo'n manier samenvatten dat er een genuanceerd beeld wordt geschetst en er voor elk wat
wils in staat: dat was en is de uitdaging.
Voor de bladenman in Veldhoven was het jammer dat ik Het aanzien ging maken. Hij raakte aan de familie Van Bree een goede klant kwijt.Toen de man begin 1984 bij mijn ou-
ders aanbelde, hoopte hij weer de gebruikelijke vier exemplaren te kunnen slijten. Maar mijn vader antwoordde vol trots dat hij dit jaar Het aanzien niet zou bestellen, omdat
zijn zoon eraan had meegewerkt en voor de vier boeken zou zorgen. De bladenman droop onverrichterzake af en moet gedacht hebben:'dit is de beste smoes die ik ooit
gehoord heb om onder Het aanzien uit te komen'.

Het aanzien van de wereld.
De wereld is enorm veranderd. Maar we zijn de wereld ook anders gaan bekijken. Mede dankzij de ruimtevaart. Weinig foto's hadden zo'n
impact op het denken van de mens over de aarde als de opnames die de astronauten van Apollo 11 maakte vanaf de maan (zie p.2). De eindigheid van onze planeet was voor
eens en voor altijd vastgelegd. Het voedde het besef dat we voorzichtig moeten zijn met de aarde waarop we leven, en waarbuiten we hoogstens tijdelijk kunnen bestaan. Het
besef ook dat er geen al te grote gaten mogen vallen in onze kwetsbare, maar levensnoodzakelijke dampkring gaten die gesignaleerd werden door satellieten die om de
aarde heen cirkelden. De ruimtevaart leidde dus tot een fundamentele perspectiefwisseling. Een beter bewijs van het belang van foto's is bijna niet denkbaar.

Het aanzien van Het aanzien.
Hoe is in de loop der jaren tegen de reeks aangekeken? Aanvankelijk werd het vooral een'rampenboek'genoemd. En dat was het natuur-
lijk in zekere zin ook. Onvermijdelijk, omdat rampen nu eenmaal zeer nieuwswaardig zijn en Het aanzien wat er in de kranten staat en op radio en televisie verschijnt samen-
vat en bewaard. En een trein die aankomt is geen nieuws, de trein die ontspoort wel. Of, zoals te lezen staat op pagina 51 van Het aanzien van 1979: 'fotojournalistiek bestaat
nu eenmaal voor een belangrijk deel uit het laten zien van de hete actualiteit en de meestal rauwe werkelijkheid van het wereldnieuws'.
Langzaam maar zeker groeide het respect voor het boek. De teksten waren aanvankelijk wat kort en soms wat vooringenomen, maar vanaf het einde van de jaren zeventig
veranderde dat geleidelijk aan. Hoe langer de reeks duurde, hoe meer ook het besef groeide dat de teksten later (over tien, twintig, dertig jaar) nog gelezen zullen worden
en dan dus nog steeds begrijpelijk moeten zijn. Dat werd de uitdaging.
Uit onderzoek is gebleken dat illustraties in (schoolboeken over de recente geschiedenis bijna allemaal eerder al in Het aanzien zijn opgenomen. Na vraag bij auteurs en
samenstellers van dergelijke werken leert dat zij op zoek naar beeldmateriaal vrijwel altijd te rade gaan bij Het aanzien. Daaruit blijkt dat het boek een onmiskenbare status
geniet als beeldbron. Dat het inhoudelijk ook betrouwbaar gevonden wordt, blijkt onder meer uit het feit dat Het aanzien bij de televisiequiz Twee voor twaalf door de deelne-
mers als opzoekboek kan worden gebruikt. De reeks kreeg steeds meer aanzien en de Volkskrant omschreef in 2003 Het aanzien dan ook als 'het meest vermaarde jaarboek van
Nederland'.

In wat voor wereld leven wij?
Er is veel veranderd in de afgelopen halve eeuw. De apartheid is verdwenen, de vrouwenemancipatie heeft haar werk gedaan, Juliana
en Boudewijn zijn dood, homo's mogen tegenwoordig trouwen, de Berlijnse Muur is afgebroken en de katholieke Kerk maakt een ernstige crisis door. Maar er is ook veel
gebleven. Zoals Het aanzien dat in al die woelige jaren voor velen een betrouwbaar baken bleek. In Het aanzien werd en wordt de lawine van nieuws samengevat, beschreven
en bewaard. De veranderende wereld geboekstaafd. Dat Het aanzien is blijven bestaan is te danken aan de verantwoordelijke uitgevers, de samenstellers en de auteurs, de
fotopersbureaus en fotojournalisten, maar vooral aan de grote groep trouwe lezers en verzamelaars van de reeks.
Aan hen dragen we dan ook deze jubileumuitgave op.
Han van Bree

najaar 2011
50 jaar wereldnieuws
Het aanzien van bestaat een halve eeuw. Bij dit bijzondere jubileum hoort ook een bijzondere uitgave: 50 jaar'wereldnieuws in beeld'. Net als in het jaarlijkse Aanzien is een
gevarieerde keuze gemaakt uit de veelheid van het nieuws: oorlogen, sportprestaties, ongelukken, ruimtevaart, natuurrampen, kunst en muziek. Het komt allemaal aan bod:
van Martin Luther King, de oorlog in Vietnam en de successen van Ard en Keessie tot de verkiezingszege van Barack Obama en de recente Arabische lente. En achterin een hele
reeks prijzen en uitslagen.
Maar er is meer. In deze speciale jubileumuitgave zijn ook vier interviews opgenomen. Joop van Zijl vertelt hoe hij tijdens zijn werk op het nippertje aan de
dood ontsnapte, Antoine Bodar prijst de Bossche bisschop Bekkers, Lenny Kuhr kijkt terug op hits en hinderlijke etiketten en Robbert Dijkgraaf zag de wereld veranderen,
maar anders dan verwacht.
Er is inderdaad veel veranderd de afgelopen vijftig jaar. Maar Het aanzien van is gebleven.
En dat vieren we met deze terugblik op de
periode 1962-2011.

Unieboek / Het Spectrum;  
 

2. Boeknummer: 00579  
De maatschappij verandert, PTT verandert mee
Ondernemingen -- PTT (Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie)           (1989)    [Drs. C.J. Kleijwegt, mw. L.G. Schoor-Tempelaar, J. Wagensveld, C.J. Wulffraat, Rudie Kagie]
De maatschappij verandert, PTT verandert mee
De samenleving verandert... De herinnering, dat is het enige dat blijft. De dingen veranderen, vaak zonder dat iemand dat in de gaten heeft.
Een foto van tien jaar geleden is soms al genoeg. Zo'n foto drukt je met de neus op de feiten: dit-en-dat is er niet meer.
De maatscahppij verandert. De PTT is ook veranderd. Verandert nog steeds. Zal blijven veranderen.

Bij het boek behoort ook een geluids-document in de vorm van een LP (rechts op de foto)


INHOUD
Hoofdstuk 1 De samenleving verandert, ptt verandert mee 1
Hoofdstuk 2 een beeld. De samenleving verandert, ptt verandert mee 9
Hoofdstuk 3 Berichtenverkeer 25
Hoofdstuk 4 een beeld. Kunst en vormgeving 33
Hoofdstuk 5 De post
Hoofdstuk 6 een beeld. Verbindingen en vervoer 65
Hoofdstuk 7 Telecommunicatie 81
Hoofdstuk 8 een beeld. Telefoonboek 97
Hoofdstuk 9 een beeld. Papierenwereld 105
Hoofdstuk 10 Mensen en werk 113
Hoofdstuk 11 een beeld. De wereld rondom ptt 121
Hoofdstuk 12 Tekstkaders 137
Hoofdstuk 13 een beeld. Veel verandert, de mens blijft 145
Hoofdstuk 14 De toekomst 153
Fotobijschriften 159
Verantwoording en colofon 161

Drs. N. Smits-Kroes
Er zullen mensen zijn die denken dat ik dit afscheidswoord met weemoed schrijf. Ik zeg u voluit dat dat niet zo is.
Dat vraagt om uitleg. In ieder geval om te voorkomen dat die uitspraak verkeerd wordt begrepen.
Ik heb nooit onder stoelen of banken gestoken dat naar mijn oprechte overtuiging de overheid alleen dat moet doen wat niet bui-
ten haar sfeer om kan gebeuren. Overigens, om een tweede misverstand te voorkomen, dat wat niet door de overheid gedaan wordt,
moet uiteraard wel passen binnen de regels en de kaders die we binnen onze democratische samenleving met elkaar hebben afgesproken.
Ik hoef in het geval van de privatisering van het Staatsbedrijf der PTT niet bang te zijn goede vrienden te verliezen. Het beeld is
vaker gebruikt: een moeder die haar zoon de deur uit ziet gaan om op eigen benen, op zijn eigen manier het leven te gaan leven,
verliest geen zoon. Het bedrijf, dat natuurlijk al jaren ‘z’n eigen geld’ verdient, is nu toe aan zelfstandige bedrijfsvoering. Het is voor
investeringen niet meer afhankelijk van de schatkist. Het kan zoals iedere andere private onderneming, inspelen op de verlangens van
de klanten, vrij concurreren, in sommige gevallen samenwerken met concurrenten of diensten aan de concurrenten over laten. Er zijn een
paar zaken waar de overheid wel scherp op blijft letten. Voor een aantal basisdiensten heeft PTT een exclusieve concessie gekregen.
Iedere Nederlander heeft namelijk, tegen betaling, recht op telefoon en postbezorging en kan terecht verlangen dat die diensten snel en
accuraat, tegen de laagst mogelijke kosten en met de beste kwaliteit geleverd worden.

Wil de PTT dit kunnen blijven leveren dan zal de continuïteit gewaarborgd dienen te zijn. Ik ben ervan overtuigd dat wij daarvoor
de beste condities geschapen hebben.
Terug naar mijn uitgangspunt: als er dan toch een beetje weemoed moet zijn, dan zal het zijn omdat ik in het vervolg niet alles meer
zo heel precies kan volgen. Maar ook dat zal wennen.
De PTT en de PTT’ers staan op het punt de deur uit te gaan. Ik weet dat ze goed geëquipeerd zijn en, belangrijker nog, dat ze er
zin in hebben, en dat ze het kunnen.

Het ga ze goed!


Ir. C. Wit
Er is een verhaal van Belcampo waarin over een denkbeeldige PTT wordt geschreven. Aan de orde is de vraag of PTT wel moet blijven
bestaan. Zeer slimme medewerkers hadden bekeken of de berichten die PTT overbracht nog wel positief waren. Men vond van niet. De
berichten waren, alles bij elkaar genomen, erg negatief geworden.
Kortom, de mensen zouden beter en gelukkiger kunnen leven zonder al die berichten.
Hoe het verhaal eindigt, zal ik u niet onthullen. U moet zelf het boek van Belcampo maar eens lezen.
Toch lijkt het erop of we het einde van het verhaal zelf geschreven hebben, door op 31 december 1988 alle PTT’ers te ontslaan en ze op
1 januari 1989 weer in dienst te laten komen bij PTT Nederland NV.
Het lijkt op een einde, maar het is het niet, integendeel!
Nederland kan geen dag zonder de PTT en PTT kan niet zonder zijn klanten. Ons roemruchte verleden begint met de postbestelling
en loopt door tot de huidige expeditieknooppunten, digitale technieken, computers, glasvezels en satellieten. In de loop der jaren was
er wel steeds een wijziging in onze manier van werken noodzakelijk.
Niet alleen vraagt de maatschappij immers om snelheid en betrouwbaarheid bij de overkomst van berichten, maar ook heeft er een
gigantische groei van het aantal berichten plaatsgevonden. Dat maakt dat er steeds organisatorische wijzigingen noodzakelijk zijn.
Wij kunnen en moeten een zeer modern bedrijf zijn. Daardoor ook kunnen wij concurreren met het buitenland wat betreft ons voor-
zieningenpakket. En kunnen we concurreren in het binnenland.
Dat moet zichtbaar zijn. Zichtbaar voor iedereen die met PTT in aanraking komt, maar ook binnen ons bedrijf.
De markt bepaalt ons succes. En die markt wisselt steeds van smaak, wil slimmere apparatuur. PTT moet daarop anticiperen en
inspelen. Hoe doen we dat? Door opleiden en bijscholen. Dat zijn geen nieuwe elementen, het is voortbouwen op gevestigde tradities.
En bouwen, dat zullen we doen: geld kan niet meer het knelpunt zijn. Kennis hebben we zelf in huis, maar is ook te koop. Daarom
kregen we een nieuwe status, op grotere afstand van de overheid.
Bij een zo ingrijpende wijziging is het goed om ons eens rekenschap te geven van ons werken: omzien in verwondering. Verwonder-
ing over de grote veranderingen in hulpmiddelen en organisatie, maar bovenal over de flexibilteit van onze medewerkers. Het verhaal
van 'de ambtenaar' bestaat niet voor ons, heeft nooit bestaan. Het tegendeel van de discriminatie die in dit begrip besloten ligt is
waar. Daarom is PTT staande gebleven, ondanks alle ingrepen die hebben plaatsgevonden. Dankzij de PTT'er die meedenkt over al die
veranderingen en meedenkt over de toekomst. Een toekomst die rust op het stevige fundament van het verleden.
Daarin bewijst dit gedenkboek zijn waarde.

PTT;  
 

 

Uitgebreid zoeken

Laatste wijziging binnen getoonde publicaties: 10 mei 2023