![]() |
![]() |
HEEMKUNDEKRING
|
![]() |
![]() |
Heemkundekring 'Op de Beek' → Beeldbank Bibliotheek → Zoekresultaat |
Aantal gevonden publicaties : 32 (uit: 667)
Getoond wordt publicatie : 1 t/m 30 |
||
|
Klik op publicatie voor vergroting en meer informatie
1. |
![]() |
Boeknummer: 00018
Van Houtse Akker tot de Hoge Moer. Een inventarisatie van de collectie Jac. Verhagen. Erfgoedrapport Breda nr. 94 Historie -- Breda, algemeen (2012) [drs. R.A. Houkes] Van Houtse Akker tot de Hoge Moer. Voorwoord Dit rapport van drs. Rob Houkes heeft een lange voorgeschiedenis. Zo'n tien jaar geleden was het één van de doelstellingen van het Provinciaal Depot Noord-Brabant om particuliere archeologische collecties te monitoren om te voorkomen dat deze versnipperd zouden raken. Immers de generatie amateurarcheologen die in de jaren '50 en '60 belangrijke vondsten hadden gedaan begon op leeftijd te raken. Vanaf dat moment was Jac. Verhagen in beeld. Het belang van zijn collectie was onder meer door zijn uitgave van 'Prehistorie en vroegste geschiedenis van West-Brabant.' uit 1984, in archeologisch Brabant al bekend. Door de inzet van Gérard de Laat, Barbera Putters en Nobert Verhagen, de zoon van Jac., is deze collectie, inclusief de nauwgezette documentatie, behouden gebleven. Jac. had overigens een vooruitziende blik door het in de jaren '90 al te legateren aan het Breda's Museum, maar dat was niet bij alle belanghebbenden bekend. Door een goede samenwerking met het Breda's Museum, in de persoon van directeur Jeroen Grosfeld, kon het materiaal opgeslagen en verwerkt worden in het archeo- logisch depot van de Gemeente Breda. Tenslotte heeft Johan Hendriks, hoofd van het toenmalige Bureau Cultureel Erfgoed, zich sterk gemaakt voor de financiering van dit project. Een apart woord van dank nog voor de tekenaars van het vuursteen en aardewerk, Hen Brekelmans en John Harmanus. Hen heeft het eindresultaat niet meer kunnen meemaken, maar hij zou er trots op zijn geweest. We hebben hiermee aan de wensen van Jac. voldaan; een toegankelijke en adequaat beheerde collectie, onvervreemdbaar en te gebruiken voorwetenschappelijke en educatieve doeleinden. Medewerkers Erfgoed, Afdeling Ruimte Gemeente Breda;  |
2. |
![]() |
Boeknummer: 00020
Cultuurhistorische Landschapsinventarisatie Gemeente Breda Historie -- Breda, erfgoed (2006) [dr. K.A.H.W. Leenders] Cultuurhistorische Landschapsinventarisatie Gemeente Breda. Erfgoedrapport Breda nr. 1 TEN GELEIDE Weten waar je het over hebt. Eenieder die zo’n uitspraak hoort zal dat direct beamen. Soms tegen beter weten in. Natuurlijk zijn er sommige plannenmakers en ontwerpers die doen alsof ze een tabula rasa in de schoot geworpen hebben gekregen, een leeg veld dat ze mogen bombarderen met doosjes van allerlei aard en formaat. Maar ik wil niet geloven dat zij dat doen óndanks hun kennis van de historie van dat gebied. Het is wel makkelijk natuurlijk, net doen alsof alles wat er ooit was geen waarde meer vertegenwoordigt; alsof het verleden geen enkele waarde heeft voor de toekomst. Gelukkig is het tij aan het keren. Het Rijk probeert, via financiële middelen uit het Belvédère project, het verleden als aanknopingspunt aan te bieden voor mo- derne ontwikkelingen. ‘Behoud dóór ontwikkeling’ wordt dat genoemd. En er zijn best veel projecten die Belvédère gelden mogen ontvangen, zodat mét dat geld het verleden een plek krijgt in een nieuwe situatie. Laten we hopen dat het hier om een overgangsfase gaat; dat overeen aantal jaren het Rijk niet meer met een vette geldbuidel hoeft te zwaaien om plannenmakers en projectontwikkelaars zover te krijgen dat ze überhaupt rekening houden met het verleden; dat er een tijd komt waarin het verleden écht een rol krijgt in de ruimtelijke ordening. Maar daar is wel wat voor nodig: kennis. De gemeente Breda is begonnen met een algehele inventarisatie van haar cultuurhistorisch erfgoed. Vóór 2010 willen we echt weten welke gebouwen monument waardig zijn en willen we ook een beter inzicht te hebben in datgene wat vanuit een (heel) ver verleden aan onze bodem is toevertrouwd en al datgene waarvan we nu niets meer merken. De bijdrage van dr. Karel Leenders kan dan ook nauwelijks overschat worden. Hij brengt in het kader van dit ‘wetenschapsbeleid’ de inventarisatie van het cultuurhistorische landschap voor het voetlicht, waarbij en passant het historische landschap wordt gereconstrueerd en bovendien wordt aangegeven wat er nog van de cultuurhistorische landschapselementen als relict bewaard is gebleven. Al deze gegevens zijn niet alleen op schrift gesteld, maar ook op twee cd-roms op Gis-basis meegeleverd. Betekent dit nu dat de plannenmakers er met dit werk vandoor kunnen gaan? Neen. Want Leenders geeft geen waarden oordelen. Hij zegt niet welk element belangrijker is en welk relict wel kan worden opgeruimd. Dat is een taak die aan de beleidsmakers voor het erfgoed is voorbehouden. Eén ding staat echter als een paal boven water: zonder deze inventarisatie was die taak nauwelijks te volbrengen. Want lang niet iedereen weet wat er allemaal (nog) is. Johan Hendriks Hoofd Bureau Cultureel Erfgoed Vakdirectie Cultuur Gemeente Breda. Vakdirectie Cultuur;  |
3. |
![]() |
Boeknummer: 00021
Bredase akkers eeuwenoud Historie -- Breda, erfgoed (2004) [Redactie o.l.v. C.W. Koot, R. Berkvens] Bredase akkers eeuwenoud. 4000 jaar Bewoningsgeschiedenis op de rand van zand en klei. Rapportage Archeologische Monumentenzorg 102. Erfgoedstudies Breda nr 1. Met CD Voorwoord In Breda, dat bekend staat als de stad van de Nassaus, is nog veel historie in het stadsbeeld herkenbaar. Breda-West daarentegen is de laatste jaren door grootscha- lige nieuwbouwprojecten en de aanleg van nieuwe infrastructuur als de HSL en de verbreding van de Al 6 volledig veranderd. Van oorsprong was dit gebied sterk agrarisch. Het Bredase landschap was het resultaat van een eeuwenlang verfijnd samenspel tussen de boer, zijn dieren, de natuur en het milieu. In de twintigste eeuw veranderde het landschap in een tuinbouwgebied en tenslotte in een bedrijventerrein. Namen als Steenakker, Huifakker, Emerakker en Kesteren, die al voor- komen vanaf de Middeleeuwen, vertellen over het ontstaan en het gebruik van het landschap. En voor wie er nog oog voor heeft, geven deze namen blijk van een le- vend verleden. Het is de verdienste van Guido van den Eynde - van 1984 tot en met 2001 stadsarcheoloog van Breda - dat de opgravingen in een betrekkelijk korte tijdsspanne zijn uitgewerkt en in boekvorm kunnen verschijnen. Toen er begin jaren negentig plannen waren om in Breda-West nieuwe bedrijventerreinen te ontwikkelen, greep hij de gelegenheid aan om onderzoek te doen naar het bodemarchief in het buitengebied. Het gemeentebestuur toonde zich ten volle bewust van zijn verantwoorde- lijkheid voor het Bredase culturele erfgoed door deze opgravingen mogelijk te maken. In een prijzenswaardige en enthousiaste samenwerking met talloze vrijwilli- gers van binnen en buiten onze gemeente, met studenten van verschillende universiteiten en archeologen van onze eigen afdeling archeologie zijn de opgravingen uitgevoerd. De zo vele handen die zijn uitgestoken om het onderzoek tot een goed resultaat te brengen, tonen aan dat geschiedenis leeft in onze gemeenschap. De resultaten van het onderzoek waren boven verwachting. Archeologisch was er tot op heden weinig bekend over de vroegste bewoningsgeschiedenis van het weste- lijk deel van de provincie Noord-Brabant. Deze kennislacune was vooral te wijten aan het tot voor kort vrijwel ontbreken van archeologisch nederzettingsonderzoek in deze regio. De opgravingen in Breda-West, waarbij nederzettingssporen vanaf de Midden Bronstijd tot in de Late Middeleeuwen zijn aangetroffen, vormen een eerste belangrijke aanzet voor de opvulling van deze gesignaleerde lacune en illustreren duidelijk het archeologisch potentieel van de regio. Dankzij de resultaten van de opgravingen in Breda-West kan de kennis van de geschiedenis van Breda nu in één klap met meer dan 3000 jaar worden uitgebreid. Dit onderzoek stelt ons in staat om een boeiend inzicht te geven in het leven van zijn bewoners vanaf de prehistorie tot in de Late Middeleeuwen. De betekenis daarvan reikt tot ver buiten de grenzen van onze gemeente. Negen jaar na het begin van de opgravingen in de omgeving van het NAC-stadion op Emerakker is het tijd voor een publicatie over de archeologische vondsten die in Breda-West zijn gedaan. De grootschalige nieuwbouw en infrastructuur in het westen van Breda betekenden een forse aantasting van het oude cultuurlandschap. De archeologische begeleiding hiervan vormde enerzijds een enorme uitdaging voor de archeologische monumentenzorg en anderzijds een mogelijkheid om de achterstand in de archeologische ken- nis over de bewoningsgeschiedenis van West-Brabant in te lopen. Het werk is echter nog niet af. Op sommige plaatsen kan en moet nog verder onderzoek worden ver- richt. Dat vraagt tijd, geld en energie. Op andere plaatsen is het mogelijk om het archeologisch erfgoed te behouden en te beschermen, zodat het als een bron van kennis bewaard blijft. Daarnaast dient een zichtbaar en herkenbaar verleden ook als bron van inspiratie en is het een reden om trots op te zijn voor de mensen die er nu wonen en werken. Het verrassend rijke bodemarchief dat tevoorschijn is gekomen tijdens de opgravingen, vraagt om een coherente visie voor het onderzoek van bedreigde vindplaatsen in de toekomst. Daarbij dienen beheer en onderzoek binnen een regionaal kader te worden geplaatst waarbij het cultuurlandschap het uitgangspunt is. Dit boek is ook een blijk van de rijke geschiedenis van Breda en het maakt onze gemeente nog meer tot een bijzondere woonplaats met een bijzonder karakter. Ik wens U veel genoegen bij het lezen van deze belangwekkende publicatie die hopelijk gevolgd zal worden door een vervolgpresentatie van de resultaten van het ver- dere archeologische onderzoek in onze gemeente. De geschiedenis van Breda-West en de mensen die er geleefd hebben is hierbij vastgelegd. Dat is van belang voor hen die al tijden hier wonen, maar ook voor alle nieuwkomers. Het biedt een mogelijkheid om zich hier verder thuis te voelen. Drs. A.C.A.M. Adank Wethouder Economische zaken, Cultuur en Grondbedrijf, gemeente Breda Inhoud Voorwoord ix 1 Inleiding 1 C.R. Brandenburgh 1.1 Inleiding 1 1.2 Van bestemmingsplan tot opgraving: archeologisch onderzoek in relatie tot de ruimtelijke ordening 2 1.3 Doelstellingen van onderzoek en rapportage 9 1.4 Administratieve gegevens van de onderzochte locaties 11 1.5 Leeswijzer 11 1.6 Organisatie en dankwoord 12 2 Formatieprocessen: de genese van archeologische data 15 C.R. Brandenburgh & L.I. Kooistra 2.1 Inleiding 15 2.2 De waardebepaling van de archeologische bronnen 16 2.3 De operationalisering van de onderzoeksdoelstellingen 19 2.4 Uitwerking en analyse 28 2.5 Evaluatie en conclusies 35 3 Landschap en vegetatieontwikkeling 37 C.R. Brandenburgh & L.I. Kooistra 3.1 Inleiding 37 3.2 Het abiotisch landschap 38 3.3 Vegetatiegeschiedenis 43 3.4 Conclusie en vergelijking met andere microregio's in Brabant 52 4 Bewoningsporen uit de periode Laat-Neolithicum - Midden-Bronstijd (2850-1100 v.Chr.) 55 R. Berkvens, C. R. Brandenburgh & C. W. Koot 4.1 Inleiding: de archeologische prelude van de bewonings- geschiedenis 55 4.2 Huizen 57 4.3 Bijgebouwen 63 4.4 Waterkuilen 65 4.5 Kuilen 67 4.6 Vier begravingen uit de Midden-Bronstijd 73 4.7 Conclusies en slotbeschouwing 75 5 Materiële cultuur uit de periode Laat-Neolithicum - Midden-Bronstijd 79 A.A. Koster, E. Taayke & R. Berkvens 5.1 Inleiding 79 5.2 Metaal 79 5.3 Aardewerk 80 5.4 Natuursteen 84 5.5 Vuursteen 87 6 Bewoningsporen uit de periode Late Bronstijd - Midden-IJzertijd (1100-400 v.Chr.) 94 R. Berkvens 6.1 Inleiding: Breda-West krijgt vorm 94 6.2 Sporen en structuren 96 6.3 Huizen 99 6.4 Bijgebouwen en spiekers 118 6.5 Waterputten en waterkuilen 130 6.6 Kuilen 138 6.7 Conclusies en slotbeschouwing 147 7 De urnenveldgraven en jongere begravingen 151 R. Berkvens 7.1 Inleiding: de historisch-archeologische context 151 7.2 De graftypen in Breda-West 153 7.3 Grafstructuren op Emerakker 157 7.4 Grafstructuren op Huifakker 157 7.5 De dodenakker op Steenakker 158 8 Het aardewerk uit de periode Late Bronstijd - Midden-IJzertijd 167 E. Taayke 8.1 Late Bronstijd (ca. 1100/1050 - 800/750 v.Chr.) 167 8.2 Aardewerk uit de Vroege IJzertijd 168 8.3 Midden-IJzertijd 176 9 Materiële cultuur uit de periode Late Bronstijd - Midden-IJzertijd 179 R. Berkvens 9.1 Inleiding 179 9.2 Metaal en metaalbewerking 179 9.3 Voorwerpen van klei 181 9.4 Natuursteen 184 10 De laat-prehistorische bewoning: interpretatie en conclusies 191 R. Berkvens & L. I. Kooistra 10.1 Inleiding 191 10.2 Chronologie en verspreiding van de bewoningssporen 192 10.3 De landbouwgeschiedenis van Breda-West in de late prehistorie 195 10.4 Het laat-prehistorisch cultuurlandschap 199 10.5 Economie 207 10.6 Enkele opmerkingen in een regionaal perspectief 208 11 Bewoningssporen uit de periode Late IIzertijd - Romeinse Tijd (250 v.Chr. - 450 n.Chr.) 211 R.D. Hoegen 11.1 Inleiding 211 11.2 Huisplattegronden 212 11.3 Spiekers en bijgebouwen 240 11.4 Hutkommen 246 11.5 Waterputten en waterkuilen 252 11.6 Kuilen 263 11.7 Greppels 268 12 Het handgevormde aardewerk uit de periode Late IJzertijd - Romeinse Tijd 273 E. Taayke 12.1 Late Ijzertijd (250-12 v.Chr.) 273 12.2 Vroeg- en Midden-Romeinse Tijd (7 v.Chr. - 270 n.Chr.) 274 12.3 Laat-Romeinse Tijd (270-450 n.Chr.) 277 13 Het gedraaide aardewerk uit de Romeinse Tijd 281 H. van Enckevort Met een bijdrage van M. Driessen over versierde terra sigillata 13.1 Inleiding 281 13.2 Terra sigillata 282 13.3 Belgische waar 287 13.4 Geverfd aardewerk 293 13.5 Gladwandig aardewerk 296 13.6 Amforen 299 13.7 Wrijfschalen 301 13.8 Dolia 306 13.9 Ruwwandig aardewerk 308 13.10 Waaslands aardewerk 316 13.11 Varia 339 13.12 Het 'romeinse' aardewerk van Steenakker en Huifakker 341 14 Voorwerpen van metaal, glas, steen en aardewerk uit de Late IJzertijd en de Romeinse Tijd 359 R.D. Hoegen, A.A. Koster & H. van Enckevort 14.1 Inleiding 359 14.2 Glas 359 14.3 Metaal 362 14.4 Steen 369 14.5 Baksteen 373 14.6 Keramische voorwerpen 375 15 De Romeinse Tijd: interpretatie en conclusies (synthese) 377 R.D. Hoegen, L.I. Kooistra & C. W. Koot 15.1 Inleiding 377 15.2 Fasering en verspreiding van bewoningssporen 378 15.3 De landbouwgeschiedenis van Breda-West in de vroeg-historische tijd 382 15.4 Van nederzettingspatroon naar nederzettingssysteem; de bewoningsgeschiedenis van Breda-West 387 16 Nederzettingsporen uit de Vroege Middeleeuwen (450-1050 n.Chr.) 397 R. Berkvens & E. Taayke 16.1 Inleiding: de historisch-archeologische context 398 16.2 Steenakker 400 16.3 Huifakker 412 16.4 Emerakker 416 16.5 Handgevormd aardewerk 418 16.6 Slotbeschouwing 418 17 Nederzettingssporen uit de Late Middeleeuwen (1050-1500 n.Chr.) 425 R. Berkvens 17.1 Inleiding: de historische context 425 17.2 Huisplattegronden, bijgebouwen en kuilen 428 17.3 Spitsporen 431 17.4 Greppels 431 17.5 Karrensporen 432 17.6 Slotbeschouwing 434 18 De sporen van het beleg van Breda in 1625 en 1637 437 R. D. Hoegen & H. de Kievith 18.1 Inleiding 437 18.2 De greppels van de belegeringslinies 437 18.3 Het legerkamp uit 1637 op Steenakker 443 18.4 Materiële cultuur 449 18.5 Slotbeschouwing 457 Nawoord 459 Literatuur 461 Bijlagen 1 Onderzoeksteam 485 2 Interne rapporten en artikelen 487 3 Catalogus metalen voorwerpen 489 4 Botanie 497 5 Handgevormd aardewerk CD-ROM 6 Gedraaid aardewerk CD-ROM Kaartbijlagen 1 Late Bronstijd - Midden-IJzertijd 2 Late IJzertijd - Romeinse Tijd 3 Moskes, alle-sporenkaart 4 Steenakker, alle-sporenkaar 5 Huifakker, alle-sporenkaart 6 Adr. Klaassenstraat, alle-sporenkaart 7 Emerakker, alle-sporenkaart CD-ROM Gemeente Breda Breda/Rijksdienst voor het Oudheidkundig bodemonderzoek;  |
4. |
![]() |
Boeknummer: 00025
Breda door de eeuwen heen Historie -- Breda, algemeen (1996) [Gemeentearchief Breda] Breda door de eeuwen heen Het gemeentewapen van Breda is rood met drie schuinkruisjes van zilver. Het schild wordt aan de achterzijde vastgehouden door een engel en aan weerszijden door twee leeuwen. Het geheel is geplaatst op een burcht in natuurlijke kleuren. Het rode wapenschild met de drie zilveren schuinkruisjes komt voor het eerst voor in 1203 op het zegel van Godfried van Schoten, heer van Breda. Het is waarschijnlijk een geslachtswapen of familiewapen geweest. De schild- houders dateren van latere tijd. De gemeentevlag van Breda is een rode vlag met op het midden drie witte schuinkruisjes. Bij bijzondere gelegenheden kan er boven deze vlag een oranje-wit-blauwe wimpel gehesen worden. BREDA STAD... De naam Breda komen we voor het eerst tegen in een oorkonde uit 1125. De naamsverklaring is simpel: een gehucht aan de brede rivier de Aa, dus Breda. Een oorkonde uit 1198 vermeldt een castellum, een primitief kasteel. Een bijzonder jaartal is 1252. Breda krijgt dan stadsrechten van Hendrik IV van Schoten. Het jaar 2002 wordt dus zeer bijzonder voor Breda! Afdeling Communicatie Bestuursdienst Gemeente Breda;  |
5. |
![]() |
Boeknummer: 00027
Definitieve uitslagen Gemeenteraadsverkiezingen 27 november 1996 Overheid -- Verkiezingen (1996) [Bestuursdienst Gemeente Breda] Definitieve uitslagen Gemeenteraadsverkiezingen 27 november 1996 Inhoud Tabel 1. Uitslagen verkiezingen gemeenteraad 1994 en 1996 2. Toewijzing zetels Gemeenteraad Breda 1996 3. Procentuele verdeling van de uitgebrachte geldige stemmen per wijk over de politieke partijen Gemeenteraadsverkiezingen 1996 en 1994) 4. Verdeling van de uitgebrachte geldige stemmen per stemdistrict over de politieke partijen (Gemeenteraad 1996) 5. Procentuele verdeling van de uitgebrachte geldige stemmen per stemdistrict over de politieke partijen (Gemeenteraad 1996) 6. Het totaal aantal uitgebrachte stemmen en de opkomstpercentages per stemdistrict (Gemeenteraad 1996) 7. Procentuele verdeling van de uitgebrachte stemmen over de politieke partijen in Breda (Gemeenteraad vanaf 1962) 8. Zetelverdeling Gemeenteraad Breda vanaf 1962) 9. Uitgebrachte stemmen en opkomst Gemeenteraadsverkiezingen vanaf 1962 te Breda 10. Uitgebrachte stemmen en opkomst Gemeenteraadsverkiezingen 1996 per wijk 11. Koncentratiegetallen per wijk (Gemeenteraad 1996) 12. Aantal uitgebrachte stemmen per partij per kandidaat, Gemeenteraadsverkiezingen Breda 1996 Bijlagen Betekenis afkortingen Kaart wijken Breda Gemeente Breda;  |
6. |
![]() |
Boeknummer: 00028
Het nieuwe Breda, eenheid in verscheidenheid. Annexatie -- Annexatie 1997-01-01 (1996) [Afdeling BMO] Het nieuwe Breda, eenheid in verscheidenheid. Vergaderverslag begeleidingsraad Notulen van de vergadering van de begeleidingsraad van de gemeenten Nieuw-Ginneken, Prinsenbeek, Teteringen en Breda, gehouden op 25 september 1996 te Breda. AGENDA 1. Opening 2. Perspectiefnota met convenant als bijlage. 3. Ontwikkeling personele situatie en hoe verder. 4. Rondvraag AANWEZIG: GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN: MEVROUW A. BAX-BROECKAERT (BURGEMEESTER, LID PROJECTCOLLEGE), DE HEREN B.C. MARTENS, G. POSTHUMA, I. ROPS, P.H.M. TEUNISSEN, MEVROUW A. VONK, DE HEREN J.C. VAN DER WESTERLAKEN, P. VAN YPEREN, B. ZWUNENBURG. GEMEENTE PRINSENBEEK: DE HEREN F.J.J.M. VAN GEEL, M.L. GEUZE, MEVROUW A.J.H.W.HOELEN-LAMERS, DE HEREN A.J.G. OOMEN, B.G.C. SCHREINER, C.J.G.M. DE VET (BURGEMEESTER, LID PROJECTCOLLEGE). GEMEENTE TETERINGEN: DE HEREN A.H.A. VAN DEN BERG (BURGEMEESTER, LID PROJECTCOLLEGE), A.A.J.M. BRAAT, A.C. VAN CASTEREN, A.A.A.J.M. PRINCE, C.M.S. VERSTEGEN. GEMEENTE BREDA: DE HEREN A.C.A.M. ADANK, MEVROUW M.P. HEERKENS, DE HEREN E.J.M. DE LEEUW, N.G.M. VAN OS (LID PROJECTCOLLEGE), B. OUWERKERK (SECRETARIS PROJECT-COLLEGE), C.G.J. RUTTEN (BURGEMEESTER, VOORZITTER PROJECT- COLLEGE), W.J.G. SCHRÖDER, J.P.W.A.A.M. TAKS, C.J. VERPAALEN. AFWEZIG: DE HEREN J.S. ADRIAANSEN, (GEMEENTE TETERINGEN), E. DE BRUUN, W.P. VAN DONGEN, J.C.A.M. GIELEN, F.J.W. HEEREN (ALLEN GEMEENTE BREDA), J.V. VAN DER HILST (GEMEENTE PRINSENBEEK), J.N.P. JOOSEN (GEMEENTE TETERINGEN), MEVROUW J.M.C. KOKX, DE HEER H.J.F. VAN RAAK (BEIDEN GEMEENTE BREDA). 1. OPENING De VOORZITTER opent de vergadering om 19.30 uur. De VOORZITTER Ik heet u allen bijzonder hartelijk welkom. Het verheugt mij dat u de moeite hebt genomen om hierheen te komen. Ik wil u melden dat er enkele berichten van verhindering zijn, te weten mevrouw Kokx en de heren Van Raak, Van der Hilst en Adriaansen. Deze verhinderingen zijn in ieder geval gemeld. De anderen verwachten wij eventueel nog. Zij kampen wellicht met een parkeerprobleem. Het spijt ons dat wij u niet hebben gemeld dat u hier het terrein had kunnen oprijden. Sommigen hebben dat toch geprobeerd en zij hebben geluk gehad. Anderen staan geparkeerd op andere plaatsen in deze stad. Wij hebben vanochtend aan de pers medegedeeld dat het wegsleepbeleid iets is gemitigeerd, dus u zou geluk kunnen hebben. Dit was de opening van deze bijeenkomst. Laat ik nog even vertellen waarom wij hier bij elkaar zitten. Zoals u weet is er in het kader van de herin- deling een projectcollege, dat bestaat uit de zittende burgemeesters van de vier gemeenten. Voor Breda heeft men een ietwat andere constructiebedacht. Wethouder Van Os is de vertegenwoordiger van Breda en men heeft mij gevraagd om een soort onafhankelijke voorzitter van het projectcollege Gemeente Breda;  |
7. |
![]() |
Boeknummer: 00029
Het nieuwe Breda, eenheid in verscheidenheid. Annexatie -- Annexatie 1997-01-01 (1996) [Projectcollege Breda, Nieuw-Ginneken, Prinsenbeek en Teteringen] Het nieuwe Breda, eenheid in verscheidenheid. Perspectiefschets na de herindeling en convenant integratie gemeenten 1. Inleiding Per 1 januari 1997 zullen de gemeenten Breda, Prinsenbeek, Teteringen, een groot deel van de gemeente Nieuw-Ginneken (de kernen Bavel en Ulvenhout) en een deel van de gemeente Rijsbergen (bedrijventerrein Hazeldonk) worden samengevoegd tot een nieuwe gemeente Breda. Als gevolg van deze samenvoeging zal de gemeente Breda met een inwonertal van ca 160.000 en een gemeentelijk budget van bijna 1 miljard gulden per jaar de achtste stad van Nederland worden. Op 27 november 1996 zullen de inwoners van de vier gemeenten de gemeenteraad voor de nieuwe gemeente Breda kiezen. De vier colleges zijn met elkaar overeengekomen dat een perspectiefschets zal worden opgesteld die als uitgangspunt kan worden gehanteerd voor het beleid van de nieuwe gemeente Breda. Deze notitie is bedoeld als die perspectiefschets. Breda De oude vestingstad Breda is ontstaan aan de samenloop van de Mark en de Aa of Weerijs. De geschiedenis van de stad gaat terug tot voor 1125. Het kleine stadshart werd in de veertiende eeuw door muren en wallen omringd. In dat stadshart is de Grote of Onze Lieve Vrouwekerk met zijn toren van 98 meter nog steeds dominant in de wijde omgeving. Ook nadat de wallen tussen 1870 en 1890 waren geslecht was de groei van Breda nauwelijks mogelijk: de grenzen van de gemeente vielen praktisch samen met het vroegere gebied binnen de wallen. Uitbreiding vond wel plaats maar steeds op het grondgebied van de omliggende gemeenten. Pas na de herindelingen van 1927, 1942, 1961 en 1976 kreeg Breda de ruimte voor een zeer sterke groei. Die groei werd bevorderd door de ligging van de stad aan de belangrijke verkeersverbindingen A-16, A- 27 en A-58 en door de regionale centrumpositie die de stad vervulde. De centrumpositie van Breda werd door de rijksoverheid erkend met de aanwijzing tot groeistad en later tot regionaal stedelijk knooppunt. De geschiedenis van de groei en ontwikkeling van Breda is tegelijkertijd het verhaal van het geleidelijk afkalven en de uiteindelijke opheffing van de drie andere gemeenten als zelfstandige bestuurlijke eenheden. Nieuw-Ginneken De gemeente Nieuw-Ginneken werd gevormd nadat in 1942 een groot deel van de gemeente Ginneken en Bavel (o.a. het dorp Ginneken) bij Breda was gevoegd. In Nieuw-Ginneken liggen de kerkdorpen Ulvenhout en Bavel en de kleine kernen Galder en Strijbeek. Een groot deel van de gemeente bestaat uit natuurgebieden, het Annabos, de Strijbeekse Heide, het Ulvenhoutse bos, de Goudberg. Door de autoweg Tilburg - Breda (de A58) wordt de gemeente in tweeën gesneden. Bij de herindeling wordt ook het grondgebied van de gemeente in tweeën gedeeld. Het gebied ten zuiden van de A58 wordt dan samengevoegd met de gemeente Chaam. Prinsenbeek Ook de gemeente Prinsenbeek is ontstaan als gevolg van de herindeling van 1942. Toen werd Princenhage toegevoegd aan Breda en een nieuwe gemeente gevormd rond het kerkdorp Beek. In 1951 kreeg deze gemeente de naam Prinsenbeek. In 1976 verloor Prinsenbeek ook het gebied Haagse Beemden-Oost aan Breda. Prinsenbeek wordt ge- kenmerkt door een wisseling van landschap. Het gehele poldergebied en met name het boezemgebied langs de Mark wordt gezien als een pleisterplaats voor waterwild. Daarnaast bevindt zich in Prinsenbeek ook een belangrijke glastuinbouw. Teteringen In 1995 vierde de gemeente Teteringen haar 200-jarig bestaan. De zelfstandigheid werd in 1795 door Teteringen afgekondigd, nadat een verzoek om betere bescherming vanuit Breda niet werd gehonoreerd. In de loop van de 19e eeuw kwam Teteringen steeds meer onder de invloed van de stad doordat de uitleggebieden buiten de gemeentegrenzen aan de stad werden toegevoegd. In deze eeuw verloor Teteringen bij drie herindelingen steeds een deel van zijn grondgebied aan het groeiende Breda. Tussen Breda en de kern van Teteringen heeft Teteringen steeds een groene buffer in stand gehouden. In die groene strook is nu een golfbaan gepland. Gemeente Breda;  |
8. |
![]() |
Boeknummer: 00035
Discussienota landgoed Breda 1999. Ruimtelijke-ordening -- Breda, buitengebied (1999) [Werkgroep van diviverse ambtelijke medewerkers (zie pag. 72)] Discussienota landgoed Breda 1999. Verkenning in het kader van “Herijking Beleid Buitengebied” 1998 Voorwoord Op 13 oktober 1998 heeft het College de projectdefinitie “herijking beleid buitengebied” vastgesteld. De voorliggende discussienota is het resultaat van dit project, waaraan een groot aantal afdelingen binnen de gemeente heeft bijgedragen. De discussienota kan ook worden gezien als een eerste product van het programma buitengebied en groen, zoals dat is gedefinieerd in de stadsvisie en het stadsplan. De discussienota geeft een verkenning van de belangrijkste ontwikkelingen in het buitengebied (deel 1) en doet een voorstel voor een visie, waarin per deelgebied een duidelijke koers wordt uitgezet die wordt vertaald in concrete projecten (deel 2). Over deze visie zal een discussie worden aangegaan met de diverse betrokken partijen in het buitengebied. Het buitengebied van Breda is na de gemeentelijke herindeling sterk uitgebreid. Bij de vaststelling van het stadsplan heeft de raad aangegeven dat het groen en buitengebied extra aandacht moeten krijgen. In het buitengebied is sprake van een grote dynamiek door nieuwe ontwikkelingen die al leiden tot vernieuwing van het rijks- en provinciaal beleid, maar ook grote invloed zullen hebben op het gemeentelijk niveau. Te denken valt aan de aanstaande reconstructie van de varkenssector, de hoogwater- en verdrogingproblematiek, het toegenomen belang van toerisme en recreatie, de verbrede plattelandsvernieuwing, het wegvallen van sociale structuren in de buurtschappen en de voortgaande afname van de biodiversiteit. De landbouw als traditionele drager van het cultuurlandschap staat onder druk. De invloed van de stad op het buitengebied neemt toe. Het gaat daarbij niet alleen om de oprukkende bebouwing, maar ook om de ruimtevraag voor infrastructuur, stadsrandfuncties, recreatie en natuurontwikkeling die tot diep in het buitengebied merkbaar is. Als dit ongeleid gebeurt leidt het vaak tot aantasting van de kwaliteit van het landelijk gebied, waarmee ook de leefbaarheid en identiteit van de stad indirect worden aangetast. Aan de andere kant zijn voor een vitaal landelijk gebied nieuwe dragers nodig, die voor een deel hun wortels in de stad zullen hebben. De metafoor ‘landgoed Breda’ is gekozen om de gewenste relatie tussen de stad en het buitengebied weer te geven. Een landgoed is vanouds een economische eenheid van landbouw, wonen en recreëren. De stichting van een landgoed vroeg investeringen uit de stedelijke economie, die het op haar beurt als een belegging zag. De landgoederen van toen vormen de parels in het hedendaagse landschap. Het is de uitdaging om het buitengebied van Breda als een nieuw landgoed vorm te geven, met sterke economische dragers en de vorming van een landschap waarin het ook voor komende generaties goed toeven is. Gemeente Breda m.m.v. Bureau Bugel Hajema Amersfoort;  |
9. |
![]() |
Boeknummer: 00054
Zo blijft PRINSENBEEK leefbaar voor 55+ers Zorg -- Woonwensen ouderen Prinsenbeek (2003) [J.P. Van Bueren e.a.] Zo blijft PRINSENBEEK leefbaar voor 55+ers Eindrapport Prinsenbeek Ouderenproof 2003 Voorwoord Met veel voldoening kunnen wij U de eindrapportage van het project 'Ouderenproof Prinsenbeek' overhandigen. Op initiatief van de Provinciale Staten is door Vitaal Grijs Noord-Brabant in dorpen of wijken (10 a 15.000 inwoners) de evaluatie van leefbaarheid door en voor de ouderen, gestart. Dit rapport kwam mede tot stand door de enthousiaste medewerking van zeer veel ouderen van alle leeftijden tussen 55 en 92 jaar. Dit project geeft de wensen en behoeften aan, die de komende jaren het leven voor de 55+ers in Prinsenbeek mogelijk en aangenaam moeten maken. Zij immers weten water nodig is om zelfstandig en toch verzorgd ouder te worden. Alleen door hun participatie is dit een groot succes geworden. In talloze bijeenkomsten en vergaderingen is nagedacht, beredeneerd, besproken en op schrift gezet. Graag onderstrepen wij hier dat het een uniek project is, dat alle aandacht verdient van de gemeente Breda en alle andere betrokken instanties en spreken onze dank uit voor haar royale medewerking, zowel op ondersteunend als op financieel gebied. Stuurgroep Ouderenproof Prinsenbeek, P.J. Snoeker-Verboom, voorzitter Inleiding In het voorjaar van 2002 heeft een aantal ouderenorganisaties het initiatief genomen om te komen tot een een geïntegreerd ouderenbeleidsplan voor het dorp Prinsenbeek. Dat moest gebeuren via een inspraaktraject in het kader van het project Ouderenproof, wat weer onderdeel is van het project Vitaal Grijs van de provincie Noord-Brabant. Hier een overzicht van de betrokken organisaties: -GOBO, Gezamenlijk Overleg Bredase Ouderenbonden, hierin zijn de Bredase ouderenbonden (KBO, PCOB en ANBO) verenigd, het GOBO heeft als belangenorganisatie een duidelijke rol in de gemeente Breda. -OOB, Ouderen Overleg Breda, heeft een adviesfunctie voor de Raad en het College van B&W (dualisme) -SOB, Stichting Ouderenwerk Breda is reeds jaren bezig met het realiseren van projecten en activiteiten ten behoeve van de ouderen in Breda. -Dorpsraad Prinsenbeek In enkele voorbereidende bijeenkomsten is door de betrokken partijen de bereidheid tot participatie uitgesproken. De gemeente Breda en de SOB hebben met menskracht en deskundigheid dit project ondersteund. Tevens hebben de gemeente Breda en de provincie Noord-Brabant de financiën ter beschikking gesteld. De ouderen-ambassadeur van de provincie heeft het project in de beginfase begeleid. Reeds in september 2002 kon er een convenant worden ondertekend, waarin gemeente, OOB, GOBO en SOB hun medewerking toezegden en zich verbonden om het eindrapport te beschouwen als basis van een te ontwikkelen integraal ouderenbeleid voor Prinsenbeek. Tijdens de startbijeenkomst, in november 2002 was de belangstelling zeer groot, ruim 250 personen waren present en velen hebben zich verontschuldigd. Aan het einde van de bijeenkomst kon men zich inschrijven voor de diverse thema-werkgroepen, zoals Zorg, Wonen, Welzijn en Dienstverlening, Verkeer en Mobiliteit en Veiligheid. Opnieuw was de animo groot, ongeveer 60 personen meldden zich hiervoor aan! De werkgroepen werden gecoördineerd door de projectgroep, zij was verantwoordelijk voor de voortgang en tevens het aanspreekpunt voor iedereen die hierbij betrokken was. Als overkoepeling fungeerde een Stuurgroep die gevormd werd door: gemeente, OOB, GOBO en SOB. Zij is het die de eindrapportage, in het convenant genoemd beleidsplan, aan de gemeente Breda zal aanbieden De Beekse Ouderenproof Dagen op 2 juni 2003 overdag en 1 juli 2003 's avonds, gaven aan dat niets van het enthousiasme verloren was gegaan in de maanden van worsteling met de materie. Minstens 200 personen waren aanwezig, waarbij in werkgroepen gebrainstormd werd ter voorbereiding van een schriftelijke enquête. Tevens is nog een enquête gehouden onder de bewoners van het verzorgingshuis Oranjehaeve, locatie Hagedonk en de aanleunwoningen. Deze korte inleiding kan bij lange na niet beschrijven hoeveel werk er verricht is in een korte periode. De Prinsenbekenaren kunnen met trots terugzien op dit resultaat. Voor de gemeente Breda en alle betrokken instanties ligt hier een handleiding om het huidige en toekomstige beleid op af te stemmen. Zo zullen ook de stuurgroep, projectgroep, de werkgroepleden en alle 55+ers in Prinsenbeek de totstandkoming van dit beleid volgen door middel van een Verankeringsgroep en waar gewenst nogmaals hun bijdrage leveren aan de totstandkoming van zoveel mogelijk voorgestelde items. De Projectgroep Ouderenproof Prinsenbeek, J. Ph. van Bueren, voorzitter Prinsenbeek, oktober 2003. Stuurgroep Ouderenproof Prinsenbeek;  |
10. |
![]() |
Boeknummer: 00063
Prinsenbeek Kiezen voor de Toekomst Ondernemingen -- Algemeen (februari 1981) [Egmond, K. v. drs.; e.a.] Prinsenbeek Kiezen voor de Toekomst Adviesrapport CIMK 1981 Inleiding Begin 1980 ontving het Centraal Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf van het College van Burgemeester en Wethouders en de plaatselijke middenstand van Prinsenbeek de opdracht tot het instellen van een distributieplanalogisch onderzoek. Het doel van een dergelijk onderzoek is inzicht te verkrijgen in de structuur en het functioneren van het winkelapparaat en op grond hiervan aan te geven wat de mogelijkheden zijn voor dit winkelapparaat in de komende jaren, waarbij rekening wordt gehouden met het gewenste verzorgingsniveau voor de consument. Een belangrijke aanleiding voor de opdracht vormt de ontwikkeling in de Haagse Beemden en in het kader hiervan een mogelijke ontwikkeling van de winkelfunctie op de Markt. Het rapport kan globaal worden opgesplitst in twee delen. Het eerste gedeelte analyseert het winkelgebeuren zoals zich dat op het ogenblik afspeelt. De gegevens hiertoe werden verkregen aan de hand van een inventarisatie van alle winkelvestigingen in Prinsenbeek, een ondernemersenquête en een consumentenenquête . Op grond van deze gegevensverzameling kan in hoofdstuk 2 een uitvoerige beschrijving worden gegeven van de structuur en het functioneren van het winkelapparaat, terwijl in hoofdstuk 3 de vraagzijde uit- voerig aan de orde komt. In hoofdstuk 4 tenslotte worden de aanbod- en de vraagzijde met elkaar geconfronteerd, waarna een aantal slotconclusies volgen. Het tweede gedeelte van dit rapport handelt over de vraag of en in welke mate het verkoopvloeroppervlak in de toekomst kan worden uitgebreid en welke planologische en kwalitatieve maatregelen genomen moeten worden om tot een zo optimaal mogelijk winkelmilieu te komen. Centraal Instituut Midden- en Kleinbedrijf (CIMK);  |
11. |
![]() |
Boeknummer: 00471
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 1 Algemene Inleiding Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoedrapport Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 1 Algemene Inleiding VOORWOORD Bijzonder is dat kort nadat Princenhage vierde dat het 75 jaar bij Breda hoort deze publicatie van streekhistoricus en onderzoeker Christ Buiks verschijnt. Princenhage en de andere dorpen van Breda zijn trots op hun geschiedenis. Die is het waard om op te tekenen en te delen met anderen. Kennis over ons erfgoed is een bron van inspiratie voor de toekomst. Als in Breda nieuwe plannen voor ruimtelijke ontwikkeling ontstaan, maakt de historie deel uit van de analyses en de voorbereiding. De auteur onderzoekt veldnamen of toponiemen waarbij het vooral gaat over de (gebruiks)geschiedenis van de landschappelijke elementen zoals akkers, weiden en beemden. Die kennis stelt ons in staat om dat erfgoed nog zorgvuldiger te beheren. Het grootste deel van het grondgebied van Breda behoorde in de 19e en vroege 20e eeuw tot de omringende dorpen zoals Ginneken, Bavel, Princenhage en Teteringen. In het verleden was het een goede gewoonte om huizen, boerderijen, straten, wegen en bruggen te voorzien van namen. Echter niet alleen huizen of bouwwerken ook allerlei elementen in het landschap zoals akkers, weiden, beemden en bossen kregen namen. Met de informatie uit dit onderzoek en de publicaties die eerder verschenen over Ginneken, Bavel, Ulvenhout, Teteringen en daarnaast Rijsbergen komt de omgeving van Breda meer tot leven. Marianne de Bie Wethouder cultuur en erfgoed Gemeente Breda;  |
12. |
![]() |
Boeknummer: 00472
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 2 Hage Dorp-Haagdijk en Vijfhuizen-Heuvel en Vloed-Eindhoven Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoedrapport Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 2. Hage Dorp-Haagdijk en Vijfhuizen-Heuvel en Vloed-Eindhoven Gemeente Breda;  |
13. |
![]() |
Boeknummer: 00473
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 3 Boeimeer-Overa Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoedrapport Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 3 Boeimeer-Overa Gemeente Breda;  |
14. |
![]() |
Boeknummer: 00474
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 4. Hout-Effen-Rith Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoed Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 4. Hout-Effen-Rith Gemeente Breda;  |
15. |
![]() |
Boeknummer: 00475
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 5 Bagven-Lies-Vuchtschot-Varent Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoedrapport Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 5. Bagven-Lies-Vuchtschot-Varent Gemeente Breda;  |
16. |
![]() |
Boeknummer: 00477
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 7 Burgst, Gageldonk en Hambroek-Kesteren-Overbroek-Heilaar-Buursteden Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoedrapport Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 7 Burgst, Gageldonk en Hambroek-Kesteren-Overbroek-Heilaar-Buursteden Gemeente Breda;  |
17. |
![]() |
Boeknummer: 00478
Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 8 Emer-Asterd-Ooyendonk-Wijmeren-Halle en Halderdonk Historie -- Toponiemen (2018) [Chr. Buiks] Erfgoedrapport Breda 60 Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage Deel 8. Emer-Asterd-Ooyendonk-Wijmeren-Halle en Halderdonk Gemeente Breda;  |
18. |
![]() |
Boeknummer: 00480
De toekomst van Prinsenbeek Annexatie -- Annexatie 1997-01-01 (1970) [Gemeentebestuur Prinsenbeek] De toekomst van Prinsenbeek. Rapport t.b.v. gemeentelijke herindeling Gemeente Prinsenbeek;  |
19. |
![]() |
Boeknummer: 00564
Breda - Prinsenbeek. Plangebied Westrik Historie -- Archeologie (2019) [M. Pieters, M. Kooi] Breda - Prinsenbeek. Plangebied Westrik. Proefsleuvenonderzoek en opgraving. BAAC-rapport A-17.0127?A-18.0025 Inhoud ■ Samenvatting 7 1 ■ Inleiding 9 1.1 Aanleiding 9 1.2 Ligging en aard van het terrein 11 1.3 Administratieve gegevens 11 1.4 Leeswijzer 12 2 ■ Onderzoekskader 13 2.1 Landschappelijke achtergrond 13 2.2 Archeologische achtergrond 15 2.3 Historische achtergrond 16 2.4 Onderzoeksvragen 16 2.5 Werkwijze 19 2.5.1 Veldwerk 19 2.5.2 Uitwerking 21 3 ■ Resultaten 23 3.1 Bodemopbouw 23 3.2 Sporen 24 3.3 Vondsten 33 4 ■ Synthese 37 5 ■ Literatuur en bronnen 39 6 ■ Lijst van afbeeldingen 41 ■ Bijlagen 43 Bijlage 1 Geologische en archeologische tijdvakken Bijlage 2 Onderzoeksvragen uit het Programma van Eisen Bijlage 3 Sporenlijst Bijlage 4 Vondstenlijst Bijlage 5 Resultaten C14-onderzoek Bijlage 6 Allesporenkaart met structuren Bijlage 7 Allesporenkaart met datering van de greppels Bijlage 8 Allesporenkaart met spoornummer (digitaal) Samenvatting In opdracht van Giesbers Beheer heeft BAAC een proefsleuvenonderzoek en een opgraving uitgevoerd in plangebied Westrik te Prinsenbeek gemeente Breda. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen bouw van woningen in het plangebied waarbij een gerede kans bestaat dat archeologische waarden vernietigd zullen worden. Het plangebied Westrik te Prinsenbeek bevindt zich ten zuiden van de bebouwde kom van Prinsenbeek, in de gemeente Breda. De bodem bestaat uit een natuurlijke veldpodzolbodem die wordt afgedekt door een dik cultuurdek. De natuurlijke bodem is antropogeen beïnvloed door ontwatering, verploeging en dergelijke. Bij diverse archeologische onderzoeken die hebben plaats gevonden binnen een kilometer van het plangebied zijn resten gevonden van bewoning van de bronstijd tot en met de nieuwe tijd. Het plangebied bestaat vrijwel geheel uit akkercomplexen, het oostelijk deel ligt ter hoogte van het gehucht Westrik. Op de kadastrale minuut is te zien dat het Vaareind en een weg door de meest zuidwestelijke hoek van het plangebied loopt, verder zijn alleen perceelgrenzen te zien op het minuutplan. is In november en december 2017 is een proefsleuvenonderzoek in het plangebied uitgevoerd. Naar aanleiding van de evaluatie van de resultaten van het proefsleuvenonderzoek is een klein gedeelte van het plangebied opgegraven in februari 2018. Uit het proefsleuvenonderzoek is gebleken dat zich in het plangebied drie vindplaatsen bevinden. Vindplaats 1 bestaat uit ontginningssporen uit de (late middeleeuwen-) nieuwe tijd, vindplaats 2 bestaat uit een cluster paalkuilen die een gebouw (berg) vormen uit de late middeleeuwen - nieuwe tijd en vindplaats 3 bestaat uit een erf (paalkuilen, kuilen en een waterput) uit de nieuwe tijd. Vindplaats 3 is als behoudenswaardig aangemerkt op basis van de criteria zoals gesteld in de KNA. Het advies van BAAC luidde daarom deze vindplaats in situ te behouden, of wanneer dat niet mogelijk was de vindplaats op te graven (behoud ex situ). De bevoegde overheid heeft besloten vindplaats 3 en een (gedeelte) van vindplaats 2 op te graven. Bij de opgraving van vindplaats 2 zijn resten gevonden van een gehoekte berg, een gebouw dat onder andere werd gebruikt voor de opslag van hooi of graan. Daarnaast zijn tijdens de opgraving drie paalsporen gevonden van een spieker, een vierde paalspoor is subrecentelijk vergraven. Ook zijn de resten van een afrastering gevonden die parallel loopt aan een greppel. Vondsten zijn met name afkomstig uit de greppels en kunnen gedateerd worden in de late middeleeuwen en de nieuwe tijd. Twee C14-monsters uit de gehoekte berg leiden tot een datering tussen 1276 en 1382. De resten van vindplaats 3 die zich binnen het onderzoeksgebied bevinden zijn opgegraven, met uitzondering van de waterput. Het opgraven van de kuilen en de losse paalkuil heeft geen aanvullende informatie opgeleverd over de functie van deze sporen. Voor de waterput is, in overleg met het bevoegd gezag, besloten deze in situ te behouden. 1.1 Aanleiding In opdracht van Giesbers Beheer heeft BAAC (onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie) een proefsleuvenonderzoek en een opgraving uitgevoerd in plangebied Westrik te Prinsenbeek, gemeente Breda. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen bouw van woningen in het plangebied waarbij een gerede kans bestaat dat archeologische waarden vernietigd zullen worden. Dit onderzoek is uitgevoerd in twee fasen. Op basis van het proefsleuven- onderzoek, dat is uitgevoerd in november en december 2017, zijn drie archeo- logische vindplaatsen vastgesteld. Vindplaats 1 bestaat uit ontginningssporen uit de late middeleeuwen en de nieuwe tijd, vindplaats 2 betreft een cluster paalkuilen die een structuur vormen uit de late middeleeuwen - nieuwe tijd, vindplaats 3 is een erf uit de nieuwe tijd. Na waardering van de vindplaatsen in de evaluatiefase', zijn vindplaatsen 2 en 3, in het oosten van het plangebied, behoudenswaardig geacht en dientengevolge onderzocht door middel van een opgraving. De opgraving vond plaats in februari 2018. In dit rapport zullen de resultaten van zowel het proefsleuvenonderzoek als de opgraving worden besproken. Voorafgaand aan het proefsleuvenonderzoek is door de gemeente Breda een Programma van Eisen opgesteld.2 Hieruit is gebleken dat het plangebied op de Archeologische Beleidskaart Breda voornamelijk een hoge verwachting heeft op het aantreffen van archeologische waarden. Een strook in het zuidelijke en noordwestelijke deel van het plangebied heeft een middelhoge verwachting. In het noordwestelijke deel, op de overgang van een hoge naar middelhoge verwachting, heeft een klein gebied een lage verwachting. In de omgeving van het plangebied zijn bij verschillende archeologische onderzoeken archeologische resten aangetroffen. Direct ten oosten van het plangebied bijvoorbeeld, op het Saval-terrein, is een proefsleuvenonderzoek en opgraving uitgevoerd (BR-87- 04/05). De oudste bewoningssporen die hier zijn aangetroffen, stammen uit de vroege ijzertijd. In de midden- en late ijzertijd lijkt sprake te zijn van ten minste twee gelijktijdige boerderijen met bijgebouwen. Na de late ijzertijd wordt het terrein verlaten. In de volle middeleeuwen wordt het terrein opnieuw in gebruik genomen. Deze bewoning kan beschouwd worden als een voorloper van het gehucht Westrik dat uit historische bronnen bekend is. De bewoning wordt voortgezet tot in de late middeleeuwen of nieuwe tijd. Het proefsleuvenonderzoek vond plaats tussen 23 november en 1 december 2017 en de opgraving vond plaats tussen 8 en 13 februari 2018. Contactpersoon namens de opdrachtgever is 8. van Gerven.3 De bevoegde overheid voor dit project is F.J.C. Peters (gemeente Breda). Het veldteam stond onder leiding van Senior KNA-archeoloog M. Kooi, verder bestond het veldteam uitW. Kemme, D. Udo, M. Kalshoven, P. Kubistal, M. Mostent, M. Tump. C. Verbeek en M. Pieters. De graafmachine werd geleverd door T. Luijten en de machinist was T. Vercamme. Tijdens het veldonderzoek zijn geen specialisten ingezet. 1.2 Ligging en aard van het terrein Het plangebied ligt ten zuiden van de bebouwde kom van Prinsenbeek, in de gemeente Breda (afb. 1.1). Het terrein wordt aan de noord-, oost- en westzijde begrensd door de bebouwde kom van Prinsenbeek en aan de zuidzijde door de spoorlijn. Het plangebied is voor een groot deel onbebouwd en in gebruik als grasland. De oppervlakte van het plangebied bedraagt circa 9 ha. De oppervlakte van het onderzoeksgebied bedraagt circa 6500 m2. In het onderzoeksgebied zijn in totaal 54 proefsleuven met een totale oppervlakte van 5647 m2 onderzocht. Naar aanleiding van het proefsleuvenonderzoek is besloten dat de aangetroffen vindplaats verder onderzocht diende te worden door middel van een opgraving, die is uitgevoerd in twee fases. Bij fase 1 werd de helft van de werkputten aangelegd in een dambordpatroon. Indien de sporen aanleiding gaven tot verder onderzoek werden ook de tussenliggende werkputten aangelegd in fase 2. Op die manier is in totaal 8934m2 opgegraven. BAAC;  |
20. |
![]() |
Boeknummer: 00567
Breda Schoolstraat Prinsenbeek. Erfgoedrapport Breda 63 Historie -- Archeologie (2012) [drs. Joeske Nollen] Breda Schoolstraat Prinsenbeek. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoudsopgave 1 Inleiding-7 2 Ligging en aard van het terrein - 9 3 Landschappelijke gegevens en historische context - 11 4 Archeologische achtergronden - 15 5 Doelstelling -17 6 Werkwijze - 21 7 Resultaten - 23 8 Conclusie - 27 9 Waardering en aanbeveling - 41 10 Literatuur - 43 Bijlage 1 Sporenlijst - 45 Bijlage 2 Vondstenlijst - 48 Bijlage 3 Aardewerk determinatielijst - 52 Bijlage 4 Glasinventarislijst - 55 Bijlage 5 Alle sporenkaart werkputten 1 en 2 - 56 Bijlage 6 Aile sporenkaart werkputten 3 en 6 - 57 Bijlage 7 Alle sporenkaart werkputten 4 en 5 - 58 Bijlage 8 Structuur 1 aangegeven op alle sporenkaart werkput 3-59 Bijlage 9 Alle sporenkaart met structuren in kleur - 60 INLEIDING In opdracht van de directie economische zaken en grondbedrijf afdeling vastgoed (voorheen ODB/VGEP/vastgoed) van de Gemeente Breda is op 19, 20, 23, 26, 27, 28 juli en op 18 en 19 oktober 2010 een inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van proefsleuven uitgevoerd op het terrein aan de Schoolstraat 2a t/m c in Prinsenbeek. Het plangebied ligt in het centrum van Prinsenbeek in de gemeente Breda en wordt begrensd door Gertrudislaan (W), Schoolstraat (Z), Markt (O) en de begraafplaats (N). Het plangebied maakt deel uit van de bebouwde kom van Prinsenbeek en was gedeel- telijk bebouwd en gedeeltelijk in gebruik als schoolplein en parkeerterrein. In hoeverre deze bebouwing de ondergrond heeft verstoord, is niet bekend. Het terrein ligt in een zone van hoge archeologische verwachting. Aanleiding voor het onderzoek is de geplande nieuwbouw van een woonzorgcentrum op het terrein, waarbij de ondergrond verstoord zal worden en de eventuele aanwezige archeologische resten beschadigt of vernietigt zullen worden. Het doel van het Inventariserende Veldonderzoek door middel van proefsleuven is op een snelle en betrouwbare wijze inzicht te verschaffen in de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied. Daarbij dient voldoende inzicht te worden gegeven in de inhou- delijke en fysieke kwaliteit van de mogelijk aanwezige bewoningssporen op de betreffende locatie (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering) teneinde tot een waardestelling te kunnen komen. Belangrijk is dat op basis van het inventariserende veldonderzoek een beslissing kan worden genomen of verder (vooronderzoek in het gebied noodzakelijk en verantwoord is. Gemeente Breda;  |
21. |
![]() |
Boeknummer: 00568
Breda Vianendreef 74 (P), Erfgoedrapport Breda 74 Historie -- Archeologie (2012) [drs. J. Nollen, L. de Jonge MA] Breda Vianendreef 74 (P). Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoudsopgave 1. Inleiding - 7 2. Ligging en aard van het terrein - 9 3. Landschappelijke gegevens en historische context - 11 4. Archeologische achtergronden - 13 5. Doelstelling - 15 6. Werkwijze-19 7. Resultaten - 23 8. Conclusie - 27 9. Waardering en aanbeveling - 29 10. Literatuur - 31 Bijlage 1 Sporenlijst - 33 Bijlage 2 Alle sporenkaart - 34 Bijlage 3 Kadastrale Minuut 1824 - 35 INLEIDING In opdracht van dhr. K. Berghuis is 22 juni 2011 een Inventariserend Veldonderzoek (IVO) door middel van proefsleuven uitgevoerd op het terrein aan de Vianendreef 74 te Prinsenbeek. Het plangebied ligt ten noordwesten van het centrum van de Gemeente Breda, en wordt begrensd door de Neelstraat, de Vianendreef en een perceelgrens. Het terrein is bebouwd en bestraat en deels in gebruik als tuin. Aanleiding voor het onderzoek is de toekomstige bouw van een woning. De bouwwerk- zaamheden zullen de eventuele aanwezige archeologische resten beschadigen of vernietigen.' Het doel van het inventariserende veldonderzoek door middel van proefsleuven is op een snelle en betrouwbare wijze inzicht te verschaffen in de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied. Daarbij dient voldoende inzicht te worden gegeven in de inhoudelijke en fysieke kwaliteit van de mogelijke aanwezige bewoningssporen op de betreffende locatie (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering) teneinde tot een waardestelling te kunnen komen. Belangrijk is dat op basis van het inventariserende veldonderzoek een beslissing kan worden genomen of verder (voor)onderzoek in het gebied noodzakelijk en verantwoord is. Gemeente Breda;  |
22. |
![]() |
Boeknummer: 00569
Prinsenbeek Vianendreef 87. Erfgoedrapport Breda 149 Historie -- Archeologie (2014) [Elisabeth de Nes MA] Prinsenbeek Vianendreef 87. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoud 1. Inleiding........................................ 3 2. Ligging en aard van het terrein.................. 4 3. Landschappelijke gegevens en historische context 5 4. Archeologische achtergronden..................... 7 5. Doelstelling..................................... 8 6. Werkwijze en resultaten...........................11 7. Conclusie en aanbeveling..................................................13 8. Literatuur....................................... 14 Bijlage 1. Allesporenkaart Bijlage 2. Sporenlijst Bijlage 3. Vondstenlijst Inleiding In opdracht van dhr. L. Verhaar heeft de Afdeling Ruimte van de gemeente Breda op 12 februari 2014 een inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven (IVO-P) uitgevoerd aan de Vianendreef 87 te Prinsenbeek, gemeente Breda. De proefsleuven zijn aangelegd in het kader van de voorgenomen bouw van een woning. Voor de bouw van de woning zijn bodemverstorende werkzaamheden gepland die dieper gaan dan 0,30 meter onder maaiveld. Het plangebied ligt in de gemeente Breda, in een zone van middelhoge archeologische verwachting op de Archeologische Beleidskaart Breda. Door de nieuwbouw zal de ondergrond geroerd worden. Het was dan ook van belang de archeologische verwachting nader te toetsen en eventueel aan te treffen archeologische sporen en vondsten in kaart te brengen. Administratieve gegevens Provincie Noord-Brabant Gemeente Breda Plaats Prinsenbeek Toponiem Vianendreef 87 Objectcode BR-375-14 Centrumcoördinaten RD 107.456/401.171 Kaartblad 44C Onderzoeksmeldingsnr. 59998 Opdrachtgever Dhr. L. Verhaar Bevoegd gezag Gemeente Breda Uitvoerder Gemeente Breda, Afdeling Ruimte Senior archeoloog drs. Erik Peters Veldarcheologen Lina de Jonge MA, Elisabeth de Nes MA Veldtechnicus Alex Schut Ligging en aard van het terrein Het plangebied ligt ten westen van de stad Breda, aan de Vianendreef 87 te Prinsenbeek, gemeente Breda. Enkele meters ten noorden van het plangebied loopt de Vianendreef van west naar oost. Aan alle zijden is het terrein omgeven door perceelsgrenzen, alleen direct ten noorden van het plangebied staan huizen. Ten tijde van het onderzoek was het plangebied onbebouwd en in gebruik als grasland/weiland. Gemeente Breda;  |
23. |
![]() |
Boeknummer: 00570
Breda Zanddreef 20 (P). Erfgoedrapport Breda 191 Historie -- Archeologie (2016) [Lina de Jonge] Breda Zanddreef 20 (P). Inventariseren veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoud 1. Inleiding....................................... 4 2. Ligging en aard van het terrein................. 5 3. Landschappelijke gegevens en historische context 6 4. Archeologische achtergronden.................... 7 5. Doelstelling.................................... 8 6. Werkwijze en resultaten........................... 11 7. Conclusie en aanbeveling......................... 14 8. Literatuur...................................... 13 Bijlage 1. Sporenlijst Bijlage 2. Vondstenlijst Bijlage 3. Aardewerkinventarisatielijst Bijlage 4. Allesporenkaart Inleiding In opdracht van dhr. Van den Broek heeft de Afdeling Ruimte van de gemeente Breda in maart 2016 een Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven (IVO-P) uitgevoerd aan de Zanddreef 20 in Prinsenbeek. Het IVO-P is uitgevoerd naar aanleiding van de toekomstige bouw van een woning, waarbij bodemverstorende werkzaamheden zullen plaatsvinden die dieper gaan dan 0,30 meter onder maaiveld. (1. Craane en Peters 2015) Het plangebied ligt in een zone van middelhoge archeologische verwachting op de Archeologische Beleidskaart Breda. Door de nieuwbouw kunnen eventueel aanwezige archeologische sporen of vondsten verstoord worden. Het is dan ook van belang de archeologische verwachting nader te toetsen en eventuele archeologische sporen en vondsten in kaart te brengen. Administratieve gegevens Provincie - Noord-Brabant Gemeente - Breda Plaats - Prinsenbeek Toponiem - Zanddreef 20 Objectcode - BR-423-15 Noordcoördinaten RD - 106.910/401.353, 106.959/401.349 Zuidcoördinaten RD - 106.900/401.300, 106.958/401.289 Kaartblad - 44C Onderzoeksmeldingsnr. - 3299660100 Opdrachtgever - Dhr. Van den Broek Bevoegd gezag - Gemeente Breda Uitvoerder - Gemeente Breda, Afdeling Ruimte Senior archeoloog - drs. Joeske Nollen Veldarcheoloog - Lina de Jonge MA Veldtechnicus - John Harmanus Ligging en aard van het terrein Het plangebied ligt ten noordwesten van het centrum van de stad Breda aan de Zanddreef 20 in Prinsenbeek. Het betreft het perceel PSB00 H3332 dat in het oosten wordt begrensd door de Zanddreef. Bij aanvang van het onderzoek was het terrein in gebruik als. Het totale oppervlakte van het plangebied bedraagt 3000 m2, waarbinnen een bouwvlak van 490 m2 is gepland met een nieuwe woning van 148 m2. Gemeente Breda;  |
24. |
![]() |
Boeknummer: 00571
Breda Bugstsedreef 8. Erfgoedrapport Breda 113. Historie -- Archeologie (2013) [drs. J. Nollen, L. de Jonge MA] Breda Burgstsedreef 8. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoudsopgave 1. inleiding- 11 2. ligging en aard van het terrein-13 3. landschappelijke gegevens en historische context- 15 4. archeologische achtergronden- 19 5. doelstelling- 21 6. werkwijze- 27 7. resultaten- 29 8. conclusie- 31 9. waardering en aanbeveling- 33 10. literatuur- 35 Bijlage 1: sporenlijst- 37 Bijlage 2: vondstenlijst en aardewerkdeterminatielijst- 38 Bijlage 3: allesporenkaart werkput 1 - 39 Bijlage 4: vlak- en maaiveldhoogtes in NAP- 40 INLEIDING In opdracht van Mevrouw van der Lee heeft de afdeling Ruimte van de gemeente Breda op dinsdag 9 juli 2013 een inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven uitgevoerd aan de Burgstsedreef 8 te Breda. Het plangebied was in gebruik als tuin. Aanleiding voor het onderzoek is de uitbreiding van een woning waarbij bodemverstorende werkzaamheden zullen plaatsvinden. De grondwerk- zaamheden zullen eventueel aanwezige archeologische resten beschadigen en vernietigen. Het doel van het inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven is op een snelle en betrouwbare wijze inzicht te verschaffen in de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied. Daarbij dient voldoende inzicht te worden gegeven in de inhoudelijke en fysieke kwaliteit van de mogelijk aanwezige bewo- ningssporen op de betreffende locatie (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering) teneinde tot een waardestelling te kunnen komen. Belangrijk is dat op basis van het inventariserend veldonderzoek een beslissing kan worden geno- men of verder (voor)onderzoek in het gebied noodzakelijk en verantwoord is. Administratieve gegevens Provincie Noord Brabant Gemeente Breda Plaats Breda Toponiem Burgstsedreef 8 Objectcode BR-358-13 Noord-coördinaten 110.283 / 403.414, 110.301 / 403.428 Zuid-coördinaten 110.297/403.396, 110.318/403.412 Kaartblad 44 D Onderzoeksmeldingsnummer 57478 Opdrachtgever Astrid van der Lee Bevoegd gezag Gemeente Breda Uitvoerder Gemeente Breda, Afdeling Ruimte Sr. Archeoloog drs. Joeske Nollen Veldarcheoloog Lina de Jonge MA Veldmedewerker John Harmanus, Alex Schut LIGGING EN AARD VAN HET TERREIN Het plangebied is gelegen ten zuidoosten van de huidige bebouwing op het perceel met nummer BDA OOI 2101 aan de Burgstsedreef 8 te Breda. Het terrein is nu gedeeltelijk bebouwd en gedeeltelijk in gebruik als tuin. De Burgstsedreef ligt ten noordwesten van het plangebied. Het plangebied wordt aan de zuid en oostkant begrensd door verschillende percelen die een agrarische functie hebben. Het plangebied heeft een oppervlakte van circa 640 m2 waarvan het grootste deel bebouwd gaat worden. Tijdens het inventariserend veldonderzoek is ongeveer 25 m2 onderzocht, dit is 4 procent van het te verstoren oppervlak van het plangebied. Gemeente Breda;  |
25. |
![]() |
Boeknummer: 00572
Vijver Liesboslaan Breda. Definitief archeologisch onderzoek. Historie -- Archeologie (2008) [drs. F. van Nuenen] Vijver Liesboslaan Breda. Definitief archeologisch onderzoek. BAAC onderzoeks- en adviesbureau 's-Hertogenbosch - Deventer BAAC rapport A-07.0292 Maart 2008 Archeologische Rapporten Breda 57 Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Algemeen 5 1.2 Ligging van het plangebied 5 1.3 Leeswijzer 5 1.4 Administratieve gegevens 6 2 Achtergrond 7 2.1 Geologische en bodemkundige achtergrond 7 2.2 Archeologische achtergrond 7 2.3 Historische achtergrond 8 2.4 Archeologische verwachting 9 3 Onderzoeksvragen 11 4 Werkwijze en archeologische methodiek 13 4.1 Werkwijze 13 4.2 Archeologische methodiek 14 4.2.1 Algemeen 14 4.2.2 Bemonstering 15 4.2.3 Meetsysteem 15 5 Resultaten 17 5.1 Algemeen 17 5.2 Bodemopbouw 17 5.3 Grondsporen en vondsten 19 5.3.1 Grondsporen 19 5.3.2 Vondsten 20 5.4 Interpretatie 20 6 Beantwoording onderzoeksvragen en aanbeveling 21 6.1 Beantwoording onderzoeksvragen 21 6.1.1 Landschap, flora en fauna 21 6.1.2 Bewoning/nederzetting 21 6.1.3 Verkaveling en infrastructuur 22 6.2 Aanbeveling 22 7 Samenvatting en conclusie 23 Literatuur 25 Verklarende woordenlijst 27 Bijlagen 29 - Bijlage 1 Contextenlijst 31 - Bijlage 2 Vondstenlijst 33 - Bijlage 3 Onderzoeksvragen van het Programma van Eisen 35 Algemeen In opdracht van de Ontwikkelingsdienst Breda, Vakdirectie Grondbedrijf, Economische zaken en Projectmanagement (contactpersoon: P. Verheijden) werd aan de Liesbos- laan in de gemeente Breda een opgraving uitgevoerd op de locatie van de geplande uitbreiding van een bestaande vijver. In het kader van dit project zou de bodem tot meerdere meters onder het maaiveld worden afgegraven. Deze grondwerkzaam- heden betekenden een potentiële bedreiging voor het bodemarchief, hetgeen voor het Bureau Cultureel Erfgoed (contactpersoon: H. Koopmanschap) van de gemeente Breda aanleiding was om voorafgaand aan de grondwerkzaamheden een archeolo- gisch onderzoek te laten uitvoeren.1 Dit onderzoek werd van 7-9 augustus 2007 uitgevoerd door het onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie (BAAC bv) te ’s-Hertogenbosch, conform de door het Bureau Cultureel Erfgoed en de KNA versie 3.1 opgestelde richtlijnen.2 Ligging van het plangebied Het plangebied ligt ten noorden van de Liesboslaan, juist ten zuiden van de Ettense- aan. Aan de westzijde ligt de bestaande vijver, terwijl aan de oostzijde een niet meer in gebruik zijnde naamloos weg ligt. Het plangebied maakt onderdeel uit van het voormalig tracé van de Leurse Baan. De wegverharding hiervan is reeds eertijds verwijderd. Het terrein is nu braakliggend en maakt een zeer rommelige indruk. Direct ten oosten van de bestaande vijver is een dam opgeworpen, terwijl het (deels) uitgegraven tracé van de Leurse Baan lager ligt. Administratieve gegevens Provincie: Noord-Brabant Gemeente: Breda Plaats: Breda Toponiem: Liesboslaan Datum onderzoek: 7 tot 9 augustus 2007 BAAC projectnummer: A-07.0292 BREDA Projectcode: BR-167-07 Coördinaten zuidoost hoek: 109534/399080 Coördinaten zuidwest hoek: 109519/399097 Coördinaten noordwest hoek: 109531 / 3999128 Coördinaten noordoost hoek: 109561 / 199122 Oppervlakte plangebied: circa 1500 m2 Oppervlakte onderzoeksgebied: Complextypen: circa 625 m2 greppelsystemen; nederzettingssporen Datering: LME/NT/Recent Onderzoeksmeldingsnummer: 23865 Soort onderzoek: Opgraving Opdrachtgever: Gemeente Breda, Ontwikkelingsdienst Breda, Vakdirectie Grondbedrijf, Economische zaken en Projectmanagement Contactpersoon: P. Verheijden Bevoegde Overheid: Gemeente Breda, Bureau Cultureel Erfgoed Contactpersoon: drs. J.P.C.A. Hendriks Bewaarplaats documentatie en vondsten: momenteel BAAC-kantoor te ’s-Hertogenbosch; worden binnen een jaar overgedragen aan het archeologisch depot van de gemeente Breda BAAC;  |
26. |
![]() |
Boeknummer: 00573
Landgoed Heilaar Breda Historie -- Archeologie (2007) [drs. F. van Nuenen] Landgoed Heilaar Breda. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. BAAC onderzoeks- en adviesbureau 's-Hertogenbosch - Deventer BAAC rapport A-07.0036 Oktober 2007 Archeologische Rapporten Breda 51 INHOUD 1 Inleiding 5 1.1 Algemeen 5 1.2 Ligging van het plangebied 5 1.3 Leeswijzer 6 1.4 Administratieve gegevens 8 2 Achtergrond 9 2.1 Geo(morfo)logische en bodemkundige achtergrond 9 2.2 Archeologische achtergrond 10 2.2.1 Archeologie van de wijdere omgeving: bewoningsgeschiedenis van Breda-West 10 2.2.2 Archeologie van de directe omgeving: archeologie van het akkercomplex Huifakker 11 2.3 Cultuurhistorische achtergrond 14 2.3.1 Het dorp Princenhage 14 2.3.2 Het Landgoed Heilaar 14 2.3.3 De belegeringslinies uit de Tachtigjarige Oorlog 15 3 Onderzoeksvragen 17 4 Werkwijze 19 5 Resultaten 23 5.1 De werkputten: vlak, bodemopbouw, contexten en structuren 23 5.1.1 Werkput 1 23 5.1.2 Werkput 2 26 5.1.3 Werkput 3 28 5.1.4 Werkput 4 29 5.1.5 Werkput 5 30 5.1.6 Werkput 6 30 5.1.7 Werkput 7 31 5.1.8 Werkput 8 32 5.1.9 Werkput 9 34 5.1.10 Werkput 10 35 5.1.11 Werkput 11 36 5.2 Vondsten en datering 38 5.2.1 Verzamelwijze 38 5.2.2 Aanwezige materiaalcategorieën 38 5.3 Interpretatie 40 5.3.1 Interpretatie deelgebied IA 40 5.3.2 Interpretatie deelgebied IB 41 5.3.3 Interpretatie deelgebied II 42 6 Beantwoording van de onderzoeksvragen, waardering en aanbeveling 43 6.1 Beantwoording van de onderzoeksvragen 43 6.2 Waardering 45 6.3 Aanbeveling 48 7 Samenvatting en conclusie 51 8 Literatuur 53 BIJLAGEN Bijlage 1. Verklarende Woordenlijst Bijlage 2. Contextenlijst Bijlage 3. Vondstenlijst Algemeen In opdracht van de gemeente Breda, Bureau Cultureel Erfgoed, Vakdirectie Cultuur (projectcoördinator Ria Berkvens) werd door het onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie Architectuur- en Cultuurhistorie (BAAC bv) te ’s- Hertogenbosch op het Plangebied Landgoed Heilaar in de gemeente Breda tussen 25 januari en 5 februari 2007 een Inventariserend Veldonderzoek (IVO) door middel van proefsleuven uitgevoerd. Nieuwbouwplannen ter verdere uitbouw van de omliggende woonwijk vormden een bedreiging voor het potentieel aanwezige bodemarchief. In het Programma van Eisen werd voor het plangebied een hoge archeologische verwachting verwoord.1 De algemene doelstelling van het inventariserend proefsleuvenonderzoek was dan ook het nader toetsen van deze verwachting en het in kaart brengen van eventueel aan te treffen archeologische sporen en vondsten. Daartoe werd een puttenplan ontworpen waarbij circa 10 % van het plangebied onderzocht zou worden. Het onderzoek werd conform KNA versie 3.1 en de richtlijnen van het Bureau Cultureel Erfgoed van de gemeente Breda uitgevoerd.2 Ligging van het plangebied Het plangebied Landgoed Heilaar bestaat uit twee deelgebieden. Deelgebied I ligt ten westen van het Landgoed Heilaar, met de volgende begrenzing: Baanzicht en de ten zuiden daarvan gelegen geluidswal in het noorden en noordwesten, het Landgoed Heilaar met omgracht hoofdgebouw in het noordoosten, Heilaarpark in het zuidoosten en zuiden en de Heilaardreef met een fabriekshal in het westen. Deelgebied II ligt ten zuidoosten van het Landgoed Heilaar, met als begrenzing: het Landgoed Heilaar, met name de bijgebouwen en Klein Heilaar, in het westen en noorden, de Westerparklaan in het oosten en Heilaarpark in het zuiden. Deelgebied I bestaat uit twee percelen, die door een oud kasseienlaantje gescheiden worden: een groot rechthoekig perceel ten zuidoosten van Baanzicht (deelgebied IA) en een kleiner driehoekig perceel in het zuidwesten, ten noorden van Heilaarpark (deelgebied IB). Het kasseienlaantje is waarschijnlijk een relict van een van de zichtlanen van het Landgoed Heilaar. Ten tijde van de uitvoering van het proefsleuvenonderzoek waren de volgende delen in deelgebied I niet toegankelijk: - de geluidswal in het noorden en noordwesten van het deelgebied - een walletje op circa 25 meter ten zuidoosten van de geluidswal in het noorden - een fabriekshal in de zuidwesthoek van het deelgebied - een perceel met paardjes in de zuidoosthoek van het deelgebied. Administratieve gegevens Provincie: Noord-Brabant Gemeente: Breda Plaats: Princenhage Toponiem: Landgoed Heilaar Datum onderzoek: 25 januari - 5 februari 2007 Gemeente Breda objectcode: BR-62-07 BAAC projectnummer: A-07.0036 Centrum coördinaten Deelgebied I: 109.943/400.119 Centrum coördinaten Deelgebied II: 110.230/400.075 Oppervlakte plangebied: 4,9 ha. Oppervlakte onderzoeksgebied: 45.555 m2 Complextypen: Nederzetting; perceleringsgreppels Datering: Prehistorie; LME/NT CIS-code: 20879 Soort onderzoek: IVO -P Opdrachtgever: Gemeente Breda, Projectmanagement Grondbedrijf Bevoegd Gezag: Gemeente Breda Bewaarplaats documentatie en vondsten: momenteel BAAC-kantoor te ’s-Hertogenbosch; wordt t.t.z. overgedragen aan het archeologisch depot van de gemeente Breda BAAC;  |
27. |
![]() |
Boeknummer: 00574
Heilaarstraat Breda Historie -- Archeologie (2008) [drs. M. Tump, drs. C.C. Kalisvaart, drs. L. de Vries] Heilaarstraat Breda. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. BAAC onderzoeks- en adviesbureau 's-Hertogenbosch - Deventer BAAC rapport A-07.0475 Juni 2008 Archeologische Rapporten Breda 72 1 Inleiding 5 2 Ligging en aard van het onderzoeksgebied 7 3 Achtergronden 9 3.1 Landschappelijke achtergrond 9 3.2 Historische en archeologische achtergronden 10 4 Archeologische Verwachting en vraagstellingen 13 5 Strategie en werkwijze 17 6 Resultaten 21 6.1 Ondergrond en stratigrafie 21 6.2 Contexten en structuren 23 6.3 Vondsten 28 6.4 Conclusie en synthese 31 7 Waardering en selectieadvies 35 8 Beantwoording van de onderzoeksvragen 39 9 Literatuurlijst 41 10 Verklarende woordenlijst 43 11 Begrippenlijst 43 Bijlagen: Bijlage 1. Contexten lijst Bijlage 2. Vondstenlijst en determinatielijst Bijlage 3. Allecontextenkaart Bijlage 4. De alle-contextenkaart met daarop weergegeven de kadastrale grenzen van 1824. Bijlage 5. Overzicht van geologische en archeologische tijdsvakken Bijlage 6. Overzichtskaartje van het onderzoek door BAAC aan de Taxandrialaan (A07.0273). Inleiding Op maandag en dinsdag 21 en 22 januari 2008 is een inventariserend veldonderzoek door middel van twee proefsleuven (IVO-P) uitgevoerd op de locatie Heilaarstraat (nabij nummer 235) te Breda, gemeente Breda. De aanleiding tot het onderzoek wordt gevormd door de voorgenomen bestemmingsplanwijziging. Het plangebied zal een woonfunctie krijgen. Door het hiermee samenhangende bouwrijp maken van de kavel en het aanleggen van kabels en leidingen zullen de eventueel ter plaatse aanwezige archeologische resten beschadigd dan wel vernietigd worden. Het inventariserende veldonderzoek door middel van proefsleuven had conform het voor dit onderzoek opgestelde Programma van Eisen1 ten doel op een snelle maar betrouwbare wijze inzicht te verschaffen in de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied. Daarbij diende voldoende inzicht te worden gegeven in de inhoudelijke en fysieke kwaliteit van de mogelijk aanwezige archeologische resten binnen het plangebied (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering) teneinde tot een waardestelling van deze resten te kunnen komen. Belangrijk is dat op basis van het onderzoek een beslissing kan worden genomen of verder onderzoek in het plangebied noodzakelijk en/of verantwoord is. Het archeologische onderzoek is verricht in opdracht van de heer J. Rombouts en dhr. H. Nooren, en uitgevoerd door het advies- en onderzoeksbureau BAAC bv. Contactpersoon van de bevoegde overheid, de gemeente Breda, was dhr. drs. F.J.C. Peters. Ligging en aard van het onderzoeksgebied Het plangebied Heilaarstraat is gelegen in de Bredase wijk Princenhage, ten westen van de historische stadskern van Breda. De locatie betreft de kadastrale percelen 2434 en 2435, gelegen tussen Heilaarstraat nummer 235 en 211. De onderzoekslocatie wordt begrensd door de kadastrale grenzen. Aan de oostzijde wordt deze grens gevormd door de Heilaarstraat en aan de noord-, zuid- en westzijde door struiken, bomen en hekwerk. Het terrein bestaat uit een voormalig erf. Behalve (verwilderde) vegetatie bevinden zich ook asfalt en een loods (deze laatste op perceel 2434) binnen het plangebied. Administratieve gegevens Provincie Noord-Brabant Gemeente Breda Plaats Breda Toponiem Heilaarstraat nabij nummer 235 Objectcode Breda BR-97-08 BAAC-projectnummer A-07.0475 Coördinaten 109.798, 399.918 109.866, 399.923 109.868, 399.843 109.803, 399.839 Kaartblad 44C Datum veldonderzoek 21 en 22 januari 2008 Onderzoeksmeldingnummer 26154 Oppervlakte plangebied ca 5.300 m2 Opdrachtgever dhr. J. Rombouts/dhr. H. Nooren Bevoegde overheid Gemeente Breda Uitvoerder BAAC bv Documentatie en vondsten Archeologisch depot van Bureau Cultureel Erfgoed van de gemeente Breda (na deponering) BAAC;  |
28. |
![]() |
Boeknummer: 00575
Breda Heilaarstraat 184 en 241. Erfgoedrapport Breda 80. Historie -- Archeologie (2012) [drs. J. Nollen, L. de Jonge MA] Breda Heilaarstraat 184 en 241. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoudsopgave 1 Inleiding-9 2 Ligging en aard van het terrein - 11 3 Landschappelijke gegevens en historische context - 13 4 Archeologische achtergronden - 17 5 Doelstelling -19 6 Werkwijze - 23 7 Resultaten - 27 8 Conclusie - 41 9 Waardering en aanbeveling - 45 10 Literatuur - 47 Bijlage 1 Sporenlijst - 49 Bijlage 2 Vondsten lijst - 54 Bijlage 3 Aardewerk inventarisatielijst - 60 Bijlage 4 Glas quickscan - 63 Bijlage 5 Allesporenkaart werkput 1 - 64 Bijlage 6 Allesporenkaart werkput 2-65 Bijlage 7 Allesporenkaart werkput 3-66 Bijlage 8 Allesporenkaart werkput 4-67 Bijlage 9 Allesporenkaart werkput 5 vlak 1 - 68 Bijlage 10 Allesporenkaart werkput 5 vlak 2-69 Bijlage 11 Allesporenkaart werkput 6-70 Bijlage 12 Allesporenkaart werkput 7-71 Bijlage 13 Projectie plangebied 1 kadastrale minuutplan 1824-72 Bijlage 14 Projectie plangebied 2 kadastrale minuutplan 1824 - 73 Bijlage 15 Dierskelet S 005 - 74 Bijlage 16 Dierskelet S 150 - 75 Samenvatting In opdracht van Lambregts & Sweep Makelaardij B.V. heeft het Bureau Cultureel Erfgoed op 12 + 13 januari, 29 februari en 1 + 2 maart 2012 een inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven uitgevoerd op het terrein aan de Heilaarstraat 184 (plangebied 2) en 241 (plangebied 1) te Breda (percelen PCH00 P1977 en P2060). Aanleiding voor het onderzoek is de uitgifte van vier kavels en toekomstige nieuwbouw van woningen, waarbij bodemverstorende werkzaamheden plaatsvinden.’ Tijdens het inventariserend onderzoek zijn met name sporen aangetroffen die dateren in de nieuwe tijd. Er zijn echter ook sporen aangetroffen in plangebied 1, die dateren in de ijzertijd. In plangebied 1 is een grote hoeveelheid sporen aangetroffen, die dateren in de nieuwe tijd B en C. Zo zijn er twee dierbegravingen van runderen aangetroffen, kuilen en sporen van grondverbetering. Mogelijk staan deze sporen in relatie meteen voormalige herberg, die net ten zuiden van het plangebied op de kadastrale minuutplan 1824 zichtbaar is. Verder zijn er diverse sporen aangetroffen die aan de belegering van 1637 zijn te relateren, waaronder de buitenwal die op deze locatie zou zijn opgeworpen. Tot slot zijn er twee spiekers gedo- cumenteerd, die uit de ijzertijd dateren. Ten oosten van het plangebied is eerder een groot aantal huisplattegronden en daar bijhorende spiekers aangetroffen, dat eveneens in de ijzer- tijd dateert. De vondst van deze twee spiekers geeft aan dat de ijzertijd-bewoning door- loopt tot in het huidige plangebied. In plangebied 2 zijn een beperkt aantal sporen aange- troffen, die allen in de nieuwe tijd dateren. INLEIDING In opdracht van Lambregts & Sweep Makelaardij B.V. heeft het Bureau Cultureel Erfgoed op 12 en 13 januari 2012 een inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven uit- gevoerd op het terrein aan de Heilaarstraat 184 en 241 te Breda. Aansluitend op dit onder- zoek is op het terrein aan de Heilaarstraat 241 op 29 februari en 1 en 2 maart 2012 een aan- vullend inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven uitgevoerd, waarbij de drie bouwvlakken in zijn geheel zijn onderzocht. Aanleiding voor het onderzoek is de uit- gifte van vier kavels en toekomstige nieuwbouw van woningen, waarbij bodemverstorende werkzaamheden plaatsvinden.2 Het doel van het inventariserende veldonderzoek door middel van proefsleuven is op een snelle en betrouwbare wijze inzicht te verschaffen in de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied. Daarbij dient voldoende inzicht te worden gegeven in de inhou- delijke en fysieke kwaliteit van de mogelijk aanwezige bewoningssporen op de betreffende locatie (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering) teneinde tot een waardestelling te kunnen komen. Belangrijk is dat op basis van het inventariserende veldonderzoek een be- slissing kan worden genomen of verder (vooronderzoek in het gebied noodzakelijk en ver- antwoord is. Administratieve gegevens Provincie Noord-Brabant Gemeente Breda Plaats Breda Toponiem Heilaarstraat 184 en 241 Objectcode B R-315-12 Heilaarstraat 241 (1) Noord-coördinaten 109.774 / 400.078, 109.794 / 400.103 Zuid-coördinaten 109.774 / 400.020, 109.820 / 400.041 Heilaarstraat 184 (2) Noord-coördinaten 109.884 / 399.844, 109.915 / 399.854 Zuid-coördinaten 109.888 / 399.819, 109.924 / 399.830 Kaartblad plangebied 1: 44 C; plangebied 2: 50 A Onderzoeksmeldingsnr. 50047 & 50576 Opdrachtgever Lambregts & Sweep Makelaardij B.V. Bevoegd gezag Gemeente Breda Uitvoerder Gemeente Breda, Afdeling Ruimte Senior archeoloog drs. Erik Peters Senior veldarcheoloog drs. Joeske Nollen Veldmedewerkers Lina de Jonge MA, Alex Schut, John Harmanus, vrijwilligers Bureau Cultureel Erfgoed gemeente Breda LIGGING EN AARD VAN HET TERREIN Het inventariserend veldonderzoek heeft plaatsgevonden op twee plangebieden ten westen van het centrum van Breda. Plangebied 1 betreft Heilaarstraat 241 (perceel PCHOO P2060), en plangebied 2 is Heilaarstraat 184 (perceel PCHOO P1977). Plangebied 1 heeft een opper- vlakte van circa 3460 m2 en is deels bebouwd en bestraat. Plangebied 2 is een grasveld met fruitbomen en heeft een totale oppervlakte van circa 885 m2. De totale oppervlakte van het onderzoeksgebied is circa 4345 m2, waarvan er tijdens het eerste deel van het inventarise- rend veldonderzoek circa 440 m2 (circa 10%) is onderzocht door middel van proefsleuven. Tijdens het aanvullende inventariserend veldonderzoek in plangebied 1 is er nog eens circa 602 m2 onderzocht door middel van proefsleuven, waardoor er in totaal 966 m2 (circa 28 %) binnen plangebied 1 is onderzocht. Gemeente Breda;  |
29. |
![]() |
Boeknummer: 00576
Breda Heilaardreef 21. Erfgoedrapport Breda 188. Historie -- Archeologie (2016) [Lina de Jonge (MA)] Breda Heilaardreef 21. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoud 1 Inleiding.......................................................4 2 Ligging en aard van het terrein.................5 3 Landschappelijke gegevens en historische context....6 4 Archeologische achtergronden....................7 5 Doelstelling....................................9 6 Werkwijze en resultaten.........................12 7 Conclusie en aanbeveling........................15 8 Literatuur......................................18 Bijlage 1. Sporenlijst Bijlage 2. Vondstenlijst Bijlage 3. Aardewerkinventarisatielijst Bijlage 4. Allesporenkaart Inleiding In opdracht van Schots Makelaardij heeft de Afdeling Ruimte van de gemeente Breda in november 2015 een Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven (IVO-P) uitgevoerd aan de Heilaardreef 21 te Breda. Het IVO-P is uitgevoerd naar aanleiding van de wijziging van het bestemmingsplan en de toekomstige bouw van een woning, waarbij bodemverstorende werkzaamheden zullen plaatsvinden die dieper gaan dan 0,30 meter onder maaiveld.1 Het plangebied ligt in een zone van middelhoge archeologische verwachting op de Archeologische Beleidskaart Breda. Door de nieuwbouw kunnen eventueel aanwezige archeologische sporen of vondsten verstoord worden. Het is dan ook van belang de archeologische verwachting nader te toetsen en eventuele archeologische sporen en vondsten in kaart te brengen. Administratieve gegevens Provincie Noord-Brabant Gemeente Breda Plaats Breda Toponiem Heilaardreef 21 Objectcode BR-428-15 Noordcoördinaten RD 110.113/399.735, 110.148/399.751 Zuidcoördinaten RD 110.127/399.705, 110.143/399.712 Kaartblad 50 B Onderzoeksmeldingsnr. 3979194100 Opdrachtgever Schots Makelaardij Bevoegd gezag Gemeente Breda Uitvoerder Gemeente Breda, Afd. Ruimte Senior archeoloog drs. Joeske Nollen Veldarcheoloog Lina de Jonge MA Veldtechnicus John Harmanus en Stefan Vedder (stagiair Saxxion) Ligging en aard van het terrein Het plangebied ligt ten westen van het centrum van de stad Breda aan de Heilaardreef 21 op het perceel PCHOO P 2680. Het gebied wordt begrensd door de Heilaardreef in het oosten en de Warmoezenierstraat in het noorden. Bij aanvang van het onderzoek was het terrein in gebruik als tuin met gras, bosschages en bomen. Het totale oppervlakte van het plangebied bedraagt 936 m2. Gemeente Breda;  |
30. |
![]() |
Boeknummer: 00577
Breda. Weimersedreef 25 (P) Historie -- Archeologie (2012) [drs. J. Nollen, L. de Jonge MA] Breda. Weimersedreef 25 (P). Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven. Inhoudsopgave 1 inleiding-11 2 ligging en aard van het terrein- 13 3 landschappelijke gegevens en historische context-15 4 archeologische achtergronden- 19 5 doelstelling- 21 6 werkwijze- 27 7 resultaten- 29 8 conclusie- 33 9 waardering en aanbeveling- 35 10 literatuur- 37 Bijlage 1: sporenlijst- 39 Bijlage 2: vondstenlijst en aardewerkinventarisatie- 40 Bijlage 3: allesporenkaart werkput 1- 41 INLEIDING Op donderdag 11 oktober 2012 heeft de Afdeling Ruimte van de gemeente Breda een inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven uitgevoerd aan de Weimersedreef 25 te Prinsenbeek. Het plangebied is onderdeel van een boom- kwekerij en betreft een braakliggend terrein. Aanleiding voor het onderzoek is de geplande bouw van een loods, waarbij bodemverstorende werkzaamheden zullen plaatsvinden. De grondwerkzaamheden zullen eventueel aanwezige archeologische resten beschadigen of vernietigen.1 Het doel van het inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven is op een snelle en betrouwbare wijze inzicht te verschaffen in de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied. Daarbij dient voldoende inzicht te worden gegeven in de inhoudelijke en fysieke kwaliteit van de mogelijk aanwezige bewo- ningssporen op de betreffende locatie (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering) teneinde tot een waardesteliing te kunnen komen. Belangrijk is dat op basis van het inventariserend veldonderzoek een beslissing kan worden geno- men of verder (voor)onderzoek in het gebied noodzakelijk en verantwoord is. Adminstratieve gegevens Provincie Noord Brabant Gemeente Breda Plaats Prinsenbeek Toponiem Weimersedreef 25 Objectcode B R-337-12 Noord-coördinaten 107.172 / 404.108 , 107.300 / 404.091 Zuid-coördinaten 107.141 /404.084,107.169/404.058 Kaartblad 44 C Onderzoeksmeldingsnummer 53966 Opdrachtgever Architectenburo Schoenmakers Bevoegd gezag Gemeente Breda, drs. Erik Peters Uitvoerder Gemeente Breda, Afdeling Ruimte Sr. Archeoloog drs. Joeske Nollen Veldarcheoloog Lina de Jonge MA Veldmedewerkers Alex Schut LIGGING EN AARD VAN HET TERREIN Het plangebied aan de Weimersedreef 25 te Prinsenbeek ligt op het perceel PSBOO H 3140 ten noordwesten van het centrum van de gemeente Breda. Het plangebied heeft een oppervlakte van 1500 m2, waarvan er 800 m2 verstoord zal worden door de toekomstige nieuwbouw. Tijdens het inventariserend veldonderzoek is circa 90 m2 onderzocht, dat is 11 % van het bedreigde bodemarchief. Samenvatting Op donderdag 11 oktober 2012 heeft de Afdeling Ruimte van de gemeente Breda een inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven uitgevoerd aan de Weimersedreef 25 te Prinsenbeek. Het plangebied is onderdeel van een boom- kwekerij en betreft een braakliggend terrein. Aanleiding voor het onderzoek is de geplande bouw van een loods, waarbij bodemverstorende werkzaamheden zullen plaatsvinden. Tijdens het inventariserend veldonderzoek aan de Weimersedreef zijn drie paalkui- len, een greppeltje en een sloot aangetroffen. Vermoedelijk dateren alle sporen in de nieuwe tijd (1500-heden), maar mogelijk zijn het greppeltje en de paalkuil in het noorden van de werkput ouder. De ondergrond van het plangebied was flink verstoord door diepploegen en gegraven drainagesleuven. Er was geen intact bodemprofiel aanwezig. Gemeente Breda;  |